„Verdachte zaak-Todd onnodig laat gepakt”
HILVERSUM (ANP). De politie had Aydin C., verdacht van aanranding en afpersing van tientallen meisjes via de webcam, twee jaar eerder kunnen pakken. De Noorse politie deed in 2012 onderzoek naar een 17-jarig Noors vermoedelijk slachtoffer en vroeg de Nederlandse politie daarbij tevergeefs om hulp. Dat meldt het tv-programma Zembla (VARA) donderdag in een uitzending over de zaak.
Aydin C. werd in januari van dit jaar gearresteerd. In het Noorse onderzoek werd het IP-nummer van de belager van het Noorse meisje achterhaald, dat zich in een huisje op een vakantiepark bij Oisterwijk bleek te bevinden. C. verbleef in een naburig huisje en heeft vermoedelijk het IP-nummer gehackt.
In september 2013 zet een tip van Facebook de Nederlandse politie op het spoor van C. In januari van dit jaar is hij op het Brabantse vakantiepark aangehouden. Volgens Zembla trekt de recherche dan pas het Noorse spoor na.
De zaak van C. is bekend geworden door de Canadese tiener Amanda Todd, die tot zijn slachtoffers zou hebben behoord. Todd pleegde in oktober 2012 zelfmoord. Een maand eerder had zij een filmpje over haar lotgevallen op YouTube gezet.
Rechtspsycholoog Peter van Koppen zegt in de uitzending dat de politie in 2012 bij C. zou zijn uitgekomen als zij op aangeven van de Noren op onderzoek was uitgegaan. Volgens Van Koppen hadden met een eerdere arrestatie een drietal Nederlandse slachtoffers de praktijken van C. bespaard kunnen blijven.
Het Openbaar Ministerie zei woensdagavond in een reactie dat het Noorse rechtshulpverzoek destijds niet genoeg aanknopingspunten bevatte om een doorzoeking te rechtvaardigen. „Voor een doorzoeking bij iemand thuis gelden strikte voorwaarden, daar werd in dit geval niet aan voldaan”, aldus een woordvoerder van het landelijk parket.
Donderdag vindt er een pro-formazitting in de zaak tegen C. plaats. De zaakofficier van justitie zal tijdens die zitting uitgebreider op de door Zembla aangesneden kwestie ingaan.
