9 Augustus - De zwarte Michael Brown wordt doodgeschoten door een blanke agent. Volgens de politie ging daar een worsteling om het dienstwapen van de agent aan vooraf. Een getuige heeft een ander verhaal: een agent schoot Brown neer, terwijl de jongen juist zijn handen omhoog deed om te laten zien dat hij ongewapend was.

10 Augustus - Een herdenkingsdienst voor Brown begint rustig, maar loopt later alsnog volledig uit de hand. Winkels worden geplunderd en betogers botsen met de politie.

11 - 13 Augustus - De onrust houdt aan. Betogers zijn woest dat de politie slechts mondjesmaat informatie openbaar maakt.

14 Augustus - Gouverneur Jay Nixon van Missouri grijpt in en maakt de zogeheten State Highway Patrol verantwoordelijk voor de veiligheid in de stad. De zwarte politieman Ron Johnson krijgt de leiding. Critici klagen dat de houding van de lokale politie heeft geleid tot escalatie van de rellen.

15 Augustus - De politie maakt de naam bekend van de agent die Brown doodschoot. Het gaat om de blanke Darren Wilson. De onrust houdt aan.

16 Augustus - Gouverneur Nixon komt met nieuwe maatregelen. Hij roept de noodtoestand uit in Ferguson en stelt een avondklok in.

18 Augustus - Troepen van de Nationale Garde trekken naar Ferguson om verdere escalatie van de rellen te voorkomen. ’s Avonds worden tientallen mensen opgepakt.

21 Augustus - Gouverneur Nixon kondigt aan dat de Nationale Garde de stad verlaat. Volgens Nixon is het geweld voldoende afgenomen.

25 Augustus - Duizenden mensen wonen de begrafenis bij van Brown. De plechtigheid verloopt rustig.

3 September - Gouverneur Nixon maakt bekend dat de noodtoestand in Ferguson wordt opgeheven.

5 September - Minister van Justitie Eric Holder kondigt een onderzoek aan naar het functioneren van de politie in Ferguson.

17 November - Nixon roept opnieuw de noodtoestand uit in Ferguson. Hij vreest voor nieuwe onrust vanwege de verwachtte uitspraak van de onderzoeksjury die onderzocht of Wilson wordt vervolgd voor het doodschieten van Brown.