Verplicht oordeel specialist bij complexe euthanasiezaak
DEN HAAG. Elk uitgevoerd euthanasieverzoek van een psychiatrische patiënt of van een patiënt met dementie moet voortaan standaard worden getoetst door een psychiater of een geriater.
Dat zei minister Schippers (VWS) woensdag in een Kamerdebat.
Elke euthanasiemelding in Nederland wordt onderzocht door een regionale toetsingscommissie, bestaande uit een arts, een ethicus en een jurist. Wanneer de commissie dat nodig acht, kan zij ertoe besluiten de expertise van een psychiater of geriater in te schakelen.
Volgens Schippers doen de vijf commissies dat nu al regelmatig, bijvoorbeeld wanneer een euthanasiemelding over een psychiatrische patiënt of een patiënt met dementie moet worden getoetst. De manier waarop dat gebeurt, heeft volgens Schippers echter nog te veel een ad hoc-karakter. Daarom gaat zij in overleg met de toetsingscommissies regelen dat de inzet van de benodigde deskundigheid voortaan strakker wordt geborgd.
Schippers zei niet te verwachten dat de aangepaste toetsing meteen zal leiden tot andere oordelen. Het is volgens haar vooral zaak dat de toetsingscommissies niet te vatbaar worden voor de kritiek dat complexe meldingen onzorgvuldig worden onderzocht.
Door de toetsingsprocedure op deze manier aan te passen, is de komst van een overkoepelende centrale toetsingscommisie volgens Schippers voorlopig overbodig. De christelijke fracties van CDA, ChristenUnie en SGP zijn dat niet met haar eens en herhaalden woensdag hun pleidooi voor zo’n overkoepelend orgaan.
„Als de toetsingscommissies vinden dat het bestaan van een arts-patiëntbehandelrelatie geen voorwaarde meer hoeft te zijn voor een zorgvuldige euthanasie heeft dat een enorme precedentwerking. In dat licht is het opvallend dat tegen de oordelen van toetsingscommissies geen hoger beroep meer mogelijk is”, aldus SGP-fractievoorzitter Van der Staaij.
Het functioneren van de Levenseindekliniek is onderdeel van het vijfjaarlijkse evaluatieonderzoek naar de euthanasiewet dat volgend jaar weer wordt gehouden en waarvan de resultaten in 2016 worden verwacht. Nu apart onderzoek naar de kliniek laten doen, leidt volgens Schippers nauwelijks tot tijdwinst. Van een apart onderzoek kan bovendien onterecht het signaal uitgaan dat er met de kliniek iets mis is, aldus Schippers. Volgens haar is dat pertinent niet het geval. „Ik heb vertrouwen in de Levenseindekliniek en ben blij dat hij bestaat. De kliniek is echt heel zorgvuldig en integer aan het werk.”
Voorjaar 2015 wil Schippers de Kamer laten weten of de uitgifte van een uniforme, neutrale en niet aan een bepaalde belangenvereniging gelieerde niet-reanimerenpenning haalbaar is. Momenteel is de Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde (NVVE) de enige landelijke organisatie die dergelijke penningen verstrekt. De NVVE doet dit echter uitsluitend aan leden. Dat het lidmaatschap van deze vereniging nu geldt als voorwaarde om een penning te verkrijgen, noemde Schippers gisteren in antwoord op Kamervragen van PvdA en CU ongewenst.
Een neutrale uitgifte vindt Schippers wenselijk, al is zij er wel beducht voor dat een handgeschreven of getatoeëerde niet-reanimatiewens door de komst van een landelijke penning zijn rechtsgeldigheid verliest. Schippers gaat verder met patiëntenorganisaties en belangenverenigingen overleggen hoe burgers zo objectief mogelijk kunnen worden voorgelicht over de levenskansen en de kwaliteit van leven na een reanimatie.