„Kerk verlegen met echtscheiding”
AMERSFOORT. Voorgangers, ambtsdragers, pastoraal werkers en andere christenen weten vaak niet goed om te gaan met echtscheidingen en gescheiden leden in de christelijke gemeente.
„Laat de christelijke gemeente de plek zijn waar genade en waarheid elkaar omhelzen en recht en vrede elkaar kussen”, stelde voorganger Richard Klomp zaterdag in Amersfoort op een studiedag over de problematiek rond echtscheiding.
Klomp, voorganger van de evangelische Rafaëlgemeente in Amersfoort, stelde dat voorgangers en kerkenraadsleden moeten balanceren op de „smalle richel van recht tegenover genade.” Als het over gebroken huwelijken gaat moeten zij in plaats van boekhouders van het kwaad meer uitvoerders van Gods genade zijn, vindt hij.
Afhakers
De studiedag ”Echtscheidingen in onze kerken, en dan?” was georganiseerd door een platform van christelijke organisaties op het gebied van huwelijk, relaties en echtscheidingen. Dik Veefkind, mede-initiatiefnemer van het platform ”Zorg na echtscheiding”, kwam zelf onvrijwillig in een echtscheidingsprocedure terecht. In het boek ”Help, ik ben gescheiden”, dat komend voorjaar verschijnt, beschrijft hij de rol van de kerken bij echtscheidingen. Uit Amerikaans onderzoek blijkt dat het percentage echtscheidingen onder christenen niet veel verschilt van het gemiddelde.
Veefkind noemde het zorgwekkend dat een groot percentage mannen en vrouwen en ook kinderen na een echtscheiding de kerk of gemeente vaarwel zeggen. „Uit dit hoge percentage van afhakers blijkt dat zij zich veroordeeld en afgewezen voelen. Blijkbaar weet de christelijke gemeente niet om te gaan met gescheiden gemeenteleden en bestaat er een verlegenheid met of zelfs schaamte over echtscheidingen en gebroken relaties.”
Bram de Blouw, relatiecoach uit Amersfoort en schrijver van boeken over echtscheiding en hertrouwen, benoemde verschillende fasen in een echtscheidingsproces. Voor ambtsdragers is de kennis van de stadia belangrijk omdat elke fase om een specifieke begeleiding vraagt, aldus De Blouw, die hierover het boek ”Gebroken en toch heel” schreef.
Zorgvuldig
De Blouw ging in op de ingewikkelde problematiek rondom het hertrouwen. Hij vroeg de zorgvuldig genomen besluiten van kerkenraden te respecteren.
Christien de Ruyter, maatschappelijk werker bij stichting De Driehoek, wees op het cruciale belang van het huwelijkspastoraat, dat al in de verkeringstijd moet beginnen.