Dienst met ernst en emotie
„Wees lieve twee, in jullie huwelijk, jullie leven, door God gezegend, en mogen velen door jullie gezegend zijn. Amen.” Met deze woorden besloot dominee C. A. ter Linden zaterdagmiddag zijn overdenking in de Nieuwe Kerk in Amsterdam.
Witte forsythia’s, witte rozen, witte orchideeën en witte lelies, overgoten door het zonlicht dat door de ramen naar binnen viel. Dat was het decor van de kerkdienst waarin het huwelijk van prins Willem-Alexander en Máxima Zorreguieta zaterdagmiddag werd bevestigd en ingezegend. Het was een dienst die emoties opriep, niet alleen bij Máxima maar ook bij de genodigden, onder wie velen afkomstig uit de vorstenhuizen van Europa. Emoties omdat prins Claus wankelend naar binnen liep, om prinses Juliana, die niet aanwezig was bij het huwelijk van haar oudste kleinkind, om de ouders van Máxima, die er niet waren. Ook blijdschap omdat er zovelen wel waren. „Maar”, zei dominee Ter Linden, „we denken aan prinses Máxima en prins Willem-Alexander en aan hun ouders waardoor zij zijn geworden zoals zij zijn. Wij denken ook aan Argentinië, het land in zorg.”
Terwijl het orgel de ”Intrada” van Jurriaan Andriessen ten gehore bracht en de dominee en de ouderling van dienst de kaarsen op de avondmaalstafel aanstaken, klonk na de begroeting Gezang 44 naar de vertaling van Jan Wit: ”Dankt, dankt nu allen God”.
In zijn gebed verwees dominee Ter Linden naar God als bron van de liefde. Juist die liefde is het geheim van het leven waardoor twee mensen van elkaar gaan houden, een geheim zo groot dat het het menselijk bevattingsvermogen te boven gaat. „Wees met Willem-Alexander en met Máxima, wees Gij in dit leven de Eerste en de Laatste.”
Dr. Rafael Braun uit Argentinië, huisvriend van de Zorreguieta’s, las Ruth 1:1-11 en14-17 uit de Bijbel voor. Hij deed dat in het Spaans. Waarna prins Johan Friso in het Nederlands Markus 10:42-45 voorlas. Deze twee bijbelgedeelten vormden de tekst van de preek van Ter Linden die in de liturgie als ”overdenking” werd aangekondigd.
Ter Linden verwees naar Peer Gynt, die de ui van zijn leven afpelde en, tot de kern gekomen, bij het hart van de zaak belandde. Waar voelt de mens zich thuis, waar ligt onze oorsprong en waar ligt onze bestemming? Waar kiezen we voor? De diepe vraag van Naomi aan Ruth en Orpa was ook de vraag voor prins Willem-Alexander en Máxima. Is „uw volk mijn volk en is uw God mijn God?”
Het bruidspaar luisterde met ernstige gezichten naar de woorden van de dominee. Ze hielden elkaars hand vast en keken elkaar vaak aan. Máxima trouwt niet alleen met de prins, maar bijna met een heel volk en dat is een onmenselijk offer dat de prins van haar vraagt, aldus de predikant. Haar keus is de keus van Ruth die met Naomi meegaat en die ”consequences” heeft. Zij katholiek, hij protestants, maar samen verbonden „door het geloof in God.” „De ontdekking hoezeer jullie door dezelfde normen en waarden zijn gevormd”, zo typeerde Ter Linden hun verbintenis. Het geloof, zo heeft de prins hem verteld, geeft hem „houvast in moeilijke tijden, bij moeilijke beslissingen; en waarvoor ik (de prins, MvB) uiteindelijk verantwoording kan, mag en moet afleggen.”
De dominee refereerde aan de moeilijke en bijzondere roeping van prins Willem-Alexander. „We zien nu een man die steeds sterker is geworden en die op zijn tot dusver eenzame weg een vrouw heeft gevonden die bereid is met hem mee te gaan, want samen ben je meer.” Het ontbrak Ter Linden „de tijd om het verhaal van Ruth verder te vertellen.” Toch vond Ruth Boaz en kregen zij samen Obed, van Obed kwam Isaï en van hem kwam David, de koning van Israël. Het oudtestamentische koningschap betekent dienen. „Daarom bidt een koning ook: dat ik toch vroom mag blijven Uw dienaar t’allen stond.” Met dit laatste verbond Ter Linden het Oude Testament aan de Markus-tekst uit het Nieuwe. Jezus diende de mensheid door Zijn lijden.
Bij het horen van het ”Kyrie Eleison” (Heer, ontferm U) van Mozart kreeg Máxima het wat moeilijk. Maar het gezicht van de bruid klaarde op toen de getuigen hun geloften aflegden. Haar jeugdvriendinnen Samantha Deane en Florencia Di Cocco zeiden gedecideerd ja. Bij Willem-Alexander waren de getuigen jonkheer Frans de Beaufort en Tijo baron Collot d’Escury.
Nadat het paar de huwelijksgelofte had uitgesproken -de geestdrift van buiten de kerk sloeg even over naar binnen- knielde het op de rijk uitgevoerde knielkussens. De gemeente zong staande het ”Lof zij de Heer”.
Het aanschuiven van de ringen wekte de nodige hilariteit. De prins had enige moeite de ring aan de rechterhand van zijn vrouw te doen. Máxima had het wat gemakkelijker. Nadat de ”Bandoneon” sereen was weggeëbd, overhandigde dominee S. L. S. de Vries als voorzitter van de centrale kerkenraad de huwelijksbijbel. Verrassend genoeg twee in blauw leder gebonden exemplaren. Voor Máxima een Statenbijbel, geschreven in „de taal die ons volk klank en kleur heeft gebracht en het eeuwenlang heeft geïnspireerd.” Voor de prins een Bijbel in de Spaanse taal. „Twee Bijbels met een inhoud”, aldus dominee De Vries.
De dienst werd besloten met door het bruidspaar zelf uitgekozen muziek. Terwijl het paar de kerk over de rode loper verliet, klonk het ”Hallelujah” uit de ”Messiah” van Händel. Ter Linden bracht de prins en zijn vrouw zelf naar de uitgang van de kerk, waarna de familie het bedehuis verliet.