Republikeinen winnen: Obama vleugellam
WASHINGTON. De Republikeinen hebben dinsdag de tussentijdse verkiezingen in de Verenigde Staten gewonnen. Daarmee lijkt de Amerikaanse president Barack Obama voor de resterende twee jaar van zijn ambtsperiode vleugellam te zijn gemaakt.
De clichés buitelden over elkaar heen. De tussentijdse verkiezingen voor het Huis van Afgevaardigden en de Senaat zouden een nek-aan-nekrace worden. Er was maar een haarbreedte verschil tussen Republikeinen en Democraten. En er was nauwelijks peil op te trekken wie als winnaar uit de bus zou komen.
Niets bleek minder waar. De Republikeinen hebben gewonnen. En dat niet alleen: ze hebben overtuigend gewonnen. Want de Grand Old Party behoudt vanaf nu niet alleen haar meerderheid in het Huis van Afgevaardigden, maar zwaait de komende twee jaar ook de scepter in de Senaat.
Zes Senaatszetels moesten de Republikeinen op de Democraten veroveren. En hoewel de uitslagen woensdagmorgen nog niet allemaal definitief waren, is in elk geval zeker dat de Republikeinen op ten minste 52 van de 100 zetels in de Senaat kunnen rekenen, tegen 45 voor de Democraten. Van drie staten was de uitkomst van de stembusgang nog onzeker. In Louisiana moet zelfs een tweede ronde worden gehouden.
De uitslag betekent dat het politieke initiatief de komende twee jaar bij de Republikeinen ligt. Dat zal wennen zijn voor de partij. Sinds 2006 had de Grand Old Party geen meerderheid meer in beide kamers van het Congres. Het Republikeinse beleid was er de afgelopen zes jaar vooral op gericht om de plannen van president Obama en zijn Democratische Partij te dwarsbomen.
Obama zal de laatste twee jaar van zijn ambtstermijn vermoedelijk weinig meer van zijn eigen politieke agenda uit kunnen voeren. Tot tevredenheid van veel conservatieve Amerikanen, die zaken als de omstreden invoering van een verplichte ziektekostenverzekering en verhoogde belastingen een doorn in het oog waren. De populariteit van Obama was dan ook de afgelopen maanden tot een absoluut dieptepunt van minder dan 40 procent gedaald.
Dat cijfer staat in schril contrast met de torenhoge verwachtingen die de Amerikanen van Obama hadden toen hij in 2008 tot eerste zwarte president werd gekozen. Weliswaar deed het staatshoofd een aantal belangrijke verkiezingsbeloften gestand, zoals het hervormen van de gezondheidszorg en de terugtrekking van Amerikaanse troepen uit Irak en Afghanistan. Maar op economisch terrein wist hij het tij niet of nauwelijks te keren. En dat is voor veel Amerikanen doorgaans toch de eerste zorg.
Tegelijkertijd relativeert dat de verkiezingsoverwinning van de Republikeinen, dinsdag. De partij versloeg de Democraten omdat de Amerikanen genoeg van Obama hebben. Niet omdat de Grand Old Party zo’n ambitieuze politieke agenda voor de toekomst van de Verenigde Staten heeft.
Dat geeft de Republikeinen het nodige huiswerk. Want de Amerikanen mogen dan teleurgesteld zijn in hun president, de gemiddelde politicus in het Congres komt er niet veel beter van af. De politieke patstelling van de afgelopen zes jaar, waarbij beide partijen elkaar alleen maar leken tegen te werken, heeft veel Amerikanen het vertrouwen in de politiek doen verliezen.
En belangrijker nog: de presidentsverkiezingen komen eraan.