Kamerlid Jasper van Dijk van die oppositiepartij vindt ook dat minister Jeanine Hennis-Plasschaert van Defensie veel meer moet doen om een einde te maken aan deze „doofpotaffaire”.

Dat zei Van Dijk maandag bij een overleg met de minister over haar personeelsbeleid. Volgens het Kamerlid roept de aanpak van de minister veel vragen op. Zo heeft hij grote moeite met de leider van de ‘taskforce’ van Defensie die het onderzoek naar de problemen met de kankerverwekkende chroom-6 verf in goede banen moet leiden. Die oud-luchtmachtcommandant was in de jaren 90 op vliegbasis Twente ook verantwoordelijk voor de spuiterij waar chroomhoudende verf werd gebruikt.

De Kamer debatteert dinsdagavond laat met Hennis over de zaak. Bij haar ministerie hebben zich bijna 900 (oud-)medewerkers gemeld die zouden hebben gewerkt met de verf. Een kwart heeft gezondheidsklachten die hiermee verband zou houden. Defensie laat het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) onderzoek doen naar de klachten. Van Dijk vroeg zich af waarom dat onderzoek zo lang, mogelijk twee jaar, moet duren.

Ook regeringspartij PvdA vindt 1 à 2 jaar wel erg lang voor het onderzoek, al erkende Kamerlid Angelien Eijsink wel dat de Kamer veel vragen over de kwestie heeft gesteld die op een zorgvuldige manier moeten worden beantwoord. Voor mensen die klachten hebben die zijn te herleiden aan het gebruik van de giftige verf, moet volgens haar nu al een oplossing komen.

Ook andere partijen, zoals het CDA, de PVV en D66, hebben tal van vragen over de zaak, maar die bewaren ze voor het debat dinsdagavond. Zo zal de PVV de duur van het onderzoek en de leider van het onderzoeksteam aankaarten en net als de PvdA vragen of Defensie de gedupeerde (oud-)medewerkers niet al eerder kan helpen.