Dat de neoclassicistische Burgwalkerk in Kampen in de vorige eeuw veel werd gebruikt als vergaderlocatie van een gereformeerde synode, is begrijpelijk: het is een ruime kerkzaal met weinig galm, waardoor de sprekers goed verstaanbaar bleven. Orgelmuziek gedijt beter in een ruimte met wat meer akoestiek.
Het orgel van de Burgwalkerk, in 1877 gebouwd door Zwier van Dijk, is in zijn korte geschiedenis al driemaal ingrijpend gewijzigd en bezit nu 33 stemmen op 3 manualen en pedaal. Vaste bespeler is Sander van den Houten, die tevens tweede organist is van de Bovenkerk. Hij presenteert het orgel van de Burgwalkerk met een weldoordacht programma. Immers, lang niet alles klinkt goed op dit instrument en in deze ruimte. Kamermuzikale composities in kleine registraties doen het voortreffelijk, en als iemand ze dan speelt met zo veel muzikaliteit en met zo’n mooie timing als hier het geval is, is het een feest om te luisteren naar die briljante variaties van C. Ph. E. Bach of naar een voluntary van Stanley.
Koraalvoorspelen van Schneider, Finzenhagen en Jan Zwart voelen zich helemaal thuis op dit orgel: een goede keuze om deze stukken hier op te nemen. Ook Pierné en Mendelssohn krijgen virtuoze en expressieve vertolkingen, maar wanneer daar de registratie het forteniveau bereikt, wordt de klank minder aangenaam. Bij echte plenumstukken heb ik herhaaldelijk gedacht: „Sander, laat die Scherp nou dicht...” In de Toccata opus 59 van Reger komt Zwier van Dijk hoorbaar adem tekort: die muziek is een maatje te groot voor het orgel. Twee sfeervolle koraalimprovisaties illustreren dat de Burgwalkerk een bekwaam kerkmusicus in huis heeft.
Sander van den Houten – Burgwalkerk Kampen; Tuliprecords.nl (TURE 185013); € 15,-; www.tuliprecords.nl
John Stanley (1712-1786)
Jan Zwart (1877-1937)
Max Reger (1873-1916)