EU-toetreders willen protest bundelen
De landen in Midden- en Oost-Europa gaan proberen de handen ineen te slaan bij hun poging van de EU meer subsidie los te krijgen voor hun boeren. Dat vertelde vrijdag de Poolse minister van Buitenlandse Zaken, Cimoszewicz, in een interview voor de radio.
De Europese Commissie presenteerde afgelopen woensdag de plannen die haar inzet zijn bij de onderhandelingen met de kandidaat-lidstaten over het landbouwbeleid. Zij wil de agrariërs in de betrokken naties in eerste instantie na de toetreding een inkomenssteun toekennen die overeenstemt met slechts 30 procent van het bedrag dat de collega’s op het westelijk deel van het continent ontvangen. Pas in 2013 zal er sprake zijn van een volledig gelijke behandeling.
Diverse regeringen in het vroegere communistische Oostblok hebben sterk afwijzend gereageerd op de voorstellen. De Tsjechische bewindsman van Landbouw, Fencl, vindt de benadering „absoluut onaanvaardbaar.” Zijn Poolse ambtgenoot Kalinowski verklaarde: „We zullen niet instemmen met een tweederangslidmaatschap.” Hij eist dat de toeslagen zich meteen op hetzelfde niveau zullen bevinden als die voor de veehouders en akkerbouwers in de huidige EU.
De Hongaarse premier Orban benadrukte dat het moeilijk wordt de door Brussel bepleite aanpak aan de mensen te verkopen en tegelijkertijd hun pro-Europese opstelling te behouden. In 2003 mag de bevolking in de verschillende landen via referenda haar oordeel vellen over de beoogde overstap naar de Unie
Cimoszewicz kondigde aan dat de bewindslieden van de aspirant-leden binnenkort voor overleg bijeenkomen, waarschijnlijk in Warschau. „Ik weet niet of we een gemeenschappelijk front kunnen vormen, maar de zaak is zeker consultaties waard”, liet hij weten.
Het ligt in de bedoeling met tien kandidaten de voorbereidende besprekingen over de aansluiting eind dit jaar af te ronden. Tot de groep die naar verwachting in 2004 aanhaakt behoren Cyprus, Hongarije, Malta, Estland, Letland, Litouwen, Polen, Tsjechië, Slovenië en Slowakije.