Ds. Rijken op mannendag HHK: Heilsgeschiedenis vormt gouden draad Schrift
LUNTEREN. Bestaat er een heilsgeschiedenis en wat houdt dat dan precies in? Wat is het werk van de Heilige Geest in de heilsgeschiedenis? Deze vragen wierp ds. A. C. Rijken zaterdag op in zijn lezing op de landelijke toogdag van de hersteld hervormde mannenbond.
Op de vierde landelijke toogdag van de mannenbond van de Hersteld Hervormde Kerk luisterden zo’n 130 mannen naar twee lezingen over de Heilige Geest in de heilshistorie en in de heilsorde. Na elke lezing werden de ingediende vragen beantwoord.
Ds. A. C. Rijken, die over ”De Heilige Geest in de heilshistorie” sprak, omschreef heilsgeschiedenis als „de geschiedenis van de verlossing van de mens uit de zonde.” Hij stelde dat de Heilige Geest in zowel het Oude als het Nieuwe Testament meer dan een kracht is: Hij is een Persoon. De predikant was het daarom oneens met de oudtestamenticus prof. dr. Th. C. Vriezen die beweert dat de Heilige Geest wel als kracht maar niet als Persoon in het Oude Testament voorkomt. In navolging van Calvijn wees ds. Rijken erop dat de Bijbel in principe altijd over een drie-enige God spreekt, hoewel in sommige gevallen een bepaalde Persoon met nadruk genoemd wordt.
Ds. Rijken adviseerde bij de Bijbelstudie op de mannenverenigingen Schrift met Schrift te vergelijken. De gouden draad van het werk van de Heilige Geest is in heel de heilsgeschiedenis op te merken. Dat is de gouden draad in de geschiedenis van Israël, met als grote markeringsmomenten de heilsfeiten zoals uittocht, terugkeer uit de ballingschap en de komst van de Verlosser.
Het is Gods Geest Die volgens ds. Rijken „de gouden draad van de heilshistorie spint, waarbij ook na de uitstorting van de Heilige Geest op Pinksteren mannen en vrouwen worden ingeschakeld om het Evangelie vanaf Jeruzalem tot de einden der aarde te verspreiden.” Ds. Rijken wees op de gereformeerd vrijgemaakte theoloog dr. K. Schilder, die nadruk legde op de heilshistorische lijn, ook in de prediking. Volgens ds. Rijken moet enerzijds in de preek het heilshistorische aspect volledig gehonoreerd worden, maar anderzijds bestaat toch het gevaar van enkel uitwendige prediking. Ds. Rijken bepleitte een gouden middenweg tussen overmatige verinnerlijking enerzijds en louter objectivisme anderzijds.
In de middaglezing van dr. W. van Vlastuin over ”De Heilige Geest in de heilsorde” stond het toepassende werk van de Heilige Geest in de gelovige centraal. De docent aan het hersteld hervormd seminarie startte met de uitleg van de Heidelbergse Catechismus over de bekering (zondag 33). Naar aanleiding van Galaten 5 besprak dr. W. van Vlastuin enkele vruchten van de Geest.
Hij wees erop dat de liefde niet de enige, maar wel de eerste en daarom een zeer belangrijke vrucht van de Geest wordt genoemd. „Liefde, lijdzaamheid en zachtmoedigheid leert een christen in gemeenschap met Christus beoefenen. In deze welvaartstijd mag best worden benadrukt dat de matigheid ook een vrucht van de Heilige Geest is. Het geluk van een christen hangt niet af van omstandigheden. Omdat zijn schat in de hemel is, weet de gelovige om te gaan met overvloed, alsook met gebrek.”
Ten slotte wees dr. Van Vlastuin op de relatie met de schepping. „De Heilige Geest is nauw betrokken bij de schepping. In de herschepping wordt een mens ook van het materialisme bekeerd. Materialisme is niet zozeer die zucht naar goederen en overdaad, maar meer de zonde de schepping los van de Schepper te zien. Daarom verlangt iedere gelovige naar het moment dat het zuchten van de schepping zal ophouden.”