Bussemaker: het bruist in de cultuursector
DEN HAAG (ANP). Minister Jet Bussemaker (Cultuur) is het niet eens met geluiden dat er een kaalslag plaatsheeft in de cultuursector. „Het bruist. Ik zie allerlei nieuwe initiatieven en samenwerking ontstaan.” Ook is ze optimistisch over de interesse van mensen in kunst en cultuur, die volgens haar groeit.
Dat zei ze maandag tijdens een Kameroverleg over het kunst- en cultuurbeleid voor de komende jaren. Ze ontkent tegelijk niet dat er problemen zijn door de stevige bezuinigingen in de afgelopen jaren. Van de 172 instellingen worden er momenteel nog maar 84 door de overheid gefinancierd, zei ze. Maar ook daarover is ze niet pessimistisch gestemd. Ze ziet onder meer dat gemeenten in de sector investeren, ook omdat ze cultuur zien als economische kracht. Maar ook instellingen zelf zijn veerkachtig, met nieuwe projecten waarmee ze nieuw en ander publiek aantrekken en zelf meer inkomsten verwerven.
Bussemaker verwees naar het Rijksmuseum Twenthe in Enschede, waar ze dit weekend een tentoonstelling opende en dat flink heeft moeten bezuinigen. Het was volgens haar bijna een verstild museum geworden waar alleen de elite nog kwam, maar met nieuwe ideeën wordt het nu een echt ontmoetingscentrum. Ook wees ze op de samenwerking tussen Het Nationale Ballet en De Nationale Opera en tussen het Holland Festival en Joop van de Ende, waardoor veel nieuwe bezoekers op het evenement afkwamen. Zowel de podia, orkesten als de honderden festivals wisten in 2013 meer mensen te trekken dan het jaar ervoor.
Wel zijn er zorgen over de positie van jonge kunstenaars, waarnaar de minister onderzoek laat doen. Bussemaker wil talenten structureel ondersteunen om zich te kunnen ontwikkelen, niet alleen met geld maar ook via coaches in de regio die als een soort mentor gaan optreden. Een belangrijke rol hierin speelt de Stichting Cultuur-Ondernemen, die zich bezighoudt met de ondernemende kant van het kunstenaarschap maar volgens Bussemaker geen bemoeienis heeft met de artistieke inhoud.