„Leren dirigeren is langdurig en intensief proces”
Bourdon, een particuliere hogeschool die sinds 1996 dirigenten opleidt, heeft een nieuwe doelgroep ontdekt: de reformatorische achterban, waar het wemelt van de koren en er een tekort aan dirigenten is.
Het muziekinstituut, dat op dit moment 21 studenten telt, verhuist van de muziekschool in Bilthoven naar het gebouw van Driestar Educatief in Gouda. Op 6 september starten daar de eerste lessen voor de opleiding tot dirigent hafabra (harmonie, fanfare en brass), koor en orkest.
De verhuizing heeft mede te maken met de docent koordirectie, Leo Rijkaart. „Hij woont in Gouda en kent de reformatorische achterban goed”, verklaart Ton van der Valk, directeur van Bourdon en docent theoretische vakken. „Hij attendeerde ons op de Driestar. Daar wordt veel aan muziek gedaan. Wij waren op zoek naar een nieuwe leslocatie. In zo’n geval geldt: één plus één is twee.” Vooral met de opleiding voor koordirigent denkt Van der Valk goede sier te kunnen maken in reformatorische kring. „We bieden deze opleiding op drie niveaus aan. Van beginners tot gevorderden. De totale opleiding duurt vier jaar. Dan hebben cursisten een diploma dat vergelijkbaar is met het oude staatsexamen koordirectie.”
De cursisten krijgen in het eerste jaar twaalf zaterdagen les, in het tweede tot het vierde jaar twintig. De lesdagen duren van 10.00 tot 17.00 uur. „Daarna kun je onze studenten opvegen”, stelt Van der Valk. „We houden het niveau bewust hoog om te kunnen concurreren met de opleiding koordirectie op het conservatorium.”
Die laatste wordt door de overheid erkend, het Bourdondiploma niet. Van der Valk: „We zijn ooit bezig geweest met erkenning. Op het moment dat we die zouden krijgen, zijn we het dertiende conservatorium. Dat wil niemand. Het voordeel van de huidige situatie is dat we ons eigen ding kunnen doen.”
Studenten krijgen les in vakken als slagtechniek, solfège, muziekgeschiedenis, partituurkennis en instrumentatie. Ze zingen in het koor of spelen in het orkest, waarbij een van de studenten als dirigent optreedt. „We maken daar videobeelden van. De studenten moeten die thuis bekijken om hun dirigeertechniek te verbeteren.”
Het eerste studiejaar kost 1250 euro, het tweede tot het vierde 2250 euro per jaar. Van der Valk herkent de kritiek op de bedragen. „Iemand die de hele opleiding volgt, is zo’n 8000 euro kwijt. Dat lijkt veel, maar in de muziek is alles al snel duur. Een simpele cursus voor managers kost net zo veel. Daar heeft niemand het over. Bovendien kan de cursist het bedrag als studiekosten aftrekken van de belasting.”
Van der Valk weet dat er meer aanbieders zijn. „De Kurt Thomascursus is de bekendste, maar duurt slechts twee weken. In die tijd krijg je een vitaminepil koordirectie. In mijn optiek kost leren dirigeren meer tijd. Het is een langdurig en intensief proces van veel doen en steeds weer jezelf corrigeren. Verder zijn er landelijke zangbonden die een dirigentencursus verzorgen, maar die ken ik inhoudelijk niet.”