Binnenland

Bejaarde bestuurder tobt met linksaf slaan

Kunnen hoogbejaarden nog wel de weg op? Of zijn ze een gevaar? Feit is dat 75-plussers veel vaker dan jongere verkeersdeelnemers betrokken zijn bij een dodelijk verkeersongeval. Maar: „Je moet ouderen niet zomaar hun rijbewijs afpakken.”

J. Visscher
8 August 2014 19:00Gewijzigd op 15 November 2020 12:17
Met name 75-plussers zijn veel vaker betrokken zijn bij een dodelijk verkeersongeval dan jongere mensen. beeld Fotolia
Met name 75-plussers zijn veel vaker betrokken zijn bij een dodelijk verkeersongeval dan jongere mensen. beeld Fotolia

Een 57-jarige motorrijder uit Eibergen moest afgelopen zaterdag in Uddel een aanrijding met een personenauto met daarin een 80-jarige bestuurder met de dood bekopen. De bejaarde automobilist zag vermoedelijk de motorrijder over het hoofd en zou geen voorrang hebben verleend.

Ander voorbeeld. Terwijl vrachtwagens naast hem voorbijdenderden op de A5 bij Hoofddorp, was een 89-jarige automobilist uit Middelharnis onlangs op de vluchtstrook rustig bezig zijn tomtom in te stellen. Zijn voertuig stond dicht tegen de rijbaan aan geparkeerd. Surveillanten bekeurden de man en meldden hem aan bij het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR).

Is het wel verantwoord dat (hoog)bejaarden achter het stuur kruipen? Feit is dat met name 75-plussers veel vaker betrokken zijn bij een dodelijk verkeersongeval dan jongere mensen. Voor 75-plussers is de kans op overlijden ruim acht keer zo hoog als gemiddeld. Bij senioren van 60 tot en met 74 jaar ligt dat risico beduidend minder hoog, blijkt uit gegevens van Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV).

In de periode 2006-2010 vielen er onder automobilisten van 75 jaar en ouder per miljard reizigerskilometers 13 doden. Ter vergelijking: in de leeftijdsgroep 30-49 jaar gaat het om 2 doden, net als bij de categorie ‘jonge’ ouderen (60-74 jaar).

Steeds meer senioren kruipen achter het stuur. Had in 1985 53 procent van de mannen en 13 procent van de vrouwen een rijbewijs, in 2010 steeg dat tot 86 procent van de mannen en 49 procent van de vrouwen.

Veel meer nog dan de auto vormt de (elektrische) fiets een probleem. De kans dat een 75-plusser overlijdt bij een fietsongeval is ongeveer twaalf keer zo groot als voor de gemiddelde fietser. In de periode 2006-2010 kwamen per miljard reizigerskilometers 165 fietsende 75-plussers om. In de groep fietsers van 60 tot 74 jaar gaat het om 25 doden, in de categorie 30-49 jaar om 6 doden.

Met name linksaf slaan op een kruising bezorgt hoogbejaarde chauffeurs hoofdbrekens. Dan zijn ze relatief vaak betrokken bij ongevallen, weet dr. Ragnhild Davidse, gedragswetenschapper bij SWOV. Ze promoveerde in 2007 op het onderwerp ouderen in het verkeer. „Linksaf slaan op een kruising is een van de ingewikkeldste handelingen. Je moet op twee verkeersstromen letten, van links en van rechts. Verder moet je schakelen en sturen. Zeker hoogbejaarden kunnen dan tegen hun grenzen aanlopen. Ze verlenen bijvoorbeeld geen voorrang. Ze worden in dergelijke situaties nogal eens in de flank aangereden aan de bestuurderskant. Waarbij de kans groot is dat ze ernstig gewond raken.”

Het is „lastig” vast te stellen of 75-plussers relatief vaak veróórzaker zijn van een verkeersongeval. „In situaties waarbij ze op een kruising linksaf moeten slaan, zijn ze inderdaad in verhouding vaak de veroorzaker. Dan verlenen ze geen voorrang. Maar bedenk dat 75-plussers relatief minder vaak betrokken zijn bij alcoholdelicten of te hard rijden.”

Hoogbejaarden zijn „fysiek kwetsbaar”, zegt Davidse. „Als een 18-jarige in het verkeer een krachtige stoot krijgt, is de kans groot dat die vrolijk doorloopt. Een 80-jarige zal eerder bijvoorbeeld zijn heup breken. Verder gebruiken bejaarden om gezondheidsredenen nogal eens bloedverdunners. Relatief eenvoudig letsel dat zij bijvoorbeeld kunnen oplopen bij een val van een fiets kan daardoor toch grote gevolgen hebben voor hun gezondheid.”

De leeftijd voor de verplichte vijfjaarlijkse medische rijbewijskeuring is per 2014 verhoogd tot 75 jaar. Eerder lag die grens bij 70 jaar. „Ik vind die verhoging van de leeftijdsgrens geen slecht idee. In de praktijk bleek dat van bijvoorbeeld 70-jarigen maar heel weinig mensen werden afgekeurd.”

Resoluut keert de verkeerspsychologe zich tegen het idee om bijvoorbeeld alle mensen ouder dan 80 om veiligheidsredenen te verbieden in de auto te stappen. „Je moet ouderen niet zomaar hun rijbewijs afpakken. Iemand van 80 kan nog heel vief zijn. Een rijbewijs is ook voor ouderen ontzettend belangrijk. Ze zijn dan mobiel en hebben een gevoel van eigenwaarde. Het is voor mensen echt een halszaak als je ze hun rijbewijs afpakt. Ze kunnen dan in een isolement terechtkomen en depressief worden.”

Bovendien passen veel hoogbejaarde automobilisten zelf vaak al op hun tellen, weet Davidse. „Ze mijden het donker en maken alleen voor hen bekende routes, zoals het ritje naar de supermarkt of de familie. Ze rijden niet meer van Groningen naar Maastricht.”

Van belang is het om zicht te krijgen op de categorie (hoog)bejaarde automobilisten die daadwerkelijk een gevaar zijn. Davidse denkt bijvoorbeeld aan ouderen met vergevorderde dementie. „Op dit moment ontwikkelt SWOV, in samenwerking met de Rijksuniversiteit Groningen en het CBR, een zogeheten neuropsychologische test die is toegespitst op het vaststellen van de rijgeschiktheid van dementerenden. Ouderen worden bijvoorbeeld getest op hun reactiesnelheid en hun vermogen om overzicht te houden in situaties waarin veel verkeer is en ze ook borden en verkeerslichten moeten opmerken. Daarnaast wordt hun rijgedrag beoordeeld in een rijsimulator en met een rit op de openbare weg. Slaagt iemand voor die testen, dan mag hij enkele jaren blijven rijden. Mogelijk wordt de test in Nederland vanaf 2016 op grote schaal ingevoerd. De huisarts speelt ook een rol bij de vraag of een oudere zo’n test dient te ondergaan.”

Tal van ingrepen in de infrastructuur zijn mogelijk om het senioren makkelijker te maken. „Van belang is dat de strepen op de weg goed zichtbaar zijn. Dan kun je zien dat er bijvoorbeeld een bocht aan komt. Zeker ouderen hebben er bij schemer of regenachtig weer last van als de markering niet goed te zien is. Verder helpt het ouderen als je een kruising in twee fasen kunt oversteken. Zo bied je als het ware hapklare brokken. Ook moeten invoegstroken lang genoeg zijn. Veel ouderen vinden invoegen lastig. Ze moeten in korte tijd schakelen, snelheid maken, omkijken. Terwijl de nek vaak niet meer zo wil.” Ook foefjes in de auto kunnen bejaarden een handje helpen. „Denk aan navigatieapparatuur die de gebruiker erop attendeert dat hij bijvoorbeeld een voorrangsweg nadert.”

Dat de leeftijdsgrens voor een rijbewijskeuring is verhoogd naar 75 jaar, juicht zegsman Frank van der Aa van ouderenbond ANBO toe. „Ouderen blijven langer actief en gezond. Overigens vinden we dat er niet gekeurd zou moeten worden op leeftijd maar op aandoeningen, zoals problemen met het gezichtsvermogen.”

Familieleden van mensen op hoge leeftijd hebben ook hun verantwoordelijkheid, vindt hij. „Als die hun twijfels hebben over de rijvaardigheid van bijvoorbeeld een dementerende, kunnen ze vragen: Is het slim om een opfriscursus te volgen of is het beter om te stoppen met rijden?” Alertheid is geboden bij de elektrische fiets. „Besef dat zo’n fiets nogal zwaar is. Dat een e-bike sneller gaat, brengt ook risico’s met zich mee. Wij raden mensen aan een cursus te volgen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer