„Geen heksenjacht op veelplegers”
Aanpakken die draaideurcriminelen. Verspreid hun foto’s, pak hun burgerrechten af, stop ze in kooien. Aldus drie Nederlandse korpschefs en een enkele gretige reactie. Het thema houdt de politiek ook in het nieuwe jaar verdeeld. De privacy is te ver doorgeschoten, klinkt het van rechts. Niet terug naar de Middeleeuwen, luidt de reactie van links.
De leden van de Tweede Kamer genieten nog twee weken lang van het kerstreces, maar kunnen zich niet onttrekken aan het oplaaiende maatschappelijke debat. Er is grote onvrede over de zogenaamde veelplegers, en maar liefst drie korpschefs hebben daaraan stem gegeven in hun traditionele nieuwjaarstoespraken. In Groningen, Amsterdam en Utrecht kreeg de draaideurcrimineel de alarmbel omgebonden.
De Groninger korpschef hield het nog algemeen door het huidige privacyrecht te betitelen als een „schuilplaats voor het kwaad.” Zijn Amsterdamse collega pleitte ronduit voor het intrekken van burgerrechten van criminelen die maar niet van ophouden weten. Het meest uitgesproken was deze week de Utrechtse korpschef Vogelenzang, die de veelplegers uit hun relatieve anonimiteit wil halen door foto’s van hen te publiceren.
De burger zou dan kunnen helpen bij de bestrijding van criminaliteit, is het idee. CDA-kamerlid Van Haersma Buma ziet daar wel iets in. „Als het gaat om voortvluchtigen of criminelen die veroordeeld zijn, mag de balans tussen privacy en opsporing meer ten gunste van het laatste uitvallen”, meent hij. „Onorthodoxe methoden” zijn volgens de CDA’er nodig om de problemen op te lossen die veelplegers veroorzaken.
Heel anders luidt de reactie van PvdA-kamerlid Wolfsen. Hij waarschuwt voor „publiek schandpaalbeleid.” Natuurlijk, draaideurcriminelen moeten streng worden aangepakt, maar niet op deze manier. „Dit lijkt op het rondrijden van veroordeelden op een mestkar, net als in de Middeleeuwen.” GroenLinks-kamerlid Vos is het helemaal met hem eens. Zij huivert voor een „permanente heksenjacht.”
Deze reacties raken, zoals Van Haersma Buma al aangaf, aan het slepende politiek debat over de relatie tussen effectieve opsporing en privacy. Volgens een meerderheid in de Tweede Kamer is die de afgelopen twee decennia in Nederland te ver doorgeschoten. Criminelen genieten daardoor te veel bescherming, terwijl politie en justitie door alle goedbedoelde regelgeving ernstig worden gehinderd.
Vorig najaar, tijdens de behandeling van de justitiebegroting, aanvaardde een kamermeerderheid over dit onderwerp een motie van de hand van D66-kamerlid Van der Laan. Daarin werd uitgesproken dat iedereen recht heeft op privacybescherming, behalve criminelen. Er zijn grenzen aan de privacy. Je kunt je rechten gaandeweg verspelen.
VVD-kamerlid Griffith is het ermee eens dat de privacybescherming te ver is doorgeschoten. Ze verbaast zich over de negatieve reacties op de voorstellen van de drie korpschefs. „De discussie wordt meteen weer doodgeslagen. Alles richt zich dan eenzijdig op de vraag of dat publiceren van foto’s moet kunnen. Maar het gaat om veel meer.”
Het begint al bij het informeren van burgers. Griffith: „Bewoners van een buurt waarin continu woninginbraken worden gepleegd, hebben toch recht op informatie over de werkwijze en de strategie van de politie? En waarom zouden zij niet mogen beschikken over bijvoorbeeld een profiel van de dader? Wat mij betreft moet het uiteindelijk mogelijk zijn dat de politie, ter bestrijding van de criminaliteit, een topvijf van veelplegers bekendmaakt, zodat burgers zichzelf kunnen beschermen.”
SP-kamerlid De Wit heeft met zijn fractie tegen de motie-Van der Laan gestemd. Hij kan het op zichzelf wel eens zijn met de stelling dat criminelen hun privacy kunnen verspelen, maar vindt dat politici zich bij het uitspreken daarvan wel rekenschap moeten geven waar het vervolgens naartoe gaat. „Als ik nu die meneer De Groot van het Utrechtse winkelcentrum Hoog Catharijne hoor, die veelplegers in kooien wil opsluiten, dan houd ik mijn hart vast.”
Waar De Wit in eerste instantie aan moest denken, waren de middeleeuwse schandkooien, de tomaten, het pek en de veren. „Dat bleek De Groot niet te bedoelen, maar die kant zou het wel op kunnen gaan. Als de burger zelfstandig mee moet helpen om veelplegers aan te pakken, leidt dat tot allerlei ongewenste reacties. Mensen gaan de gekste dingen doen. Het volk op de stoel van de rechter, dat moeten we in een beschaafd land als Nederland beslist niet hebben.”
ChristenUnie-kamerlid Rouvoet neemt in het debat een tussenpositie in. Enerzijds neemt hij voor zijn rekening dat er de afgelopen decennia te veel aandacht is gegeven aan de privacy, ten koste van een goede opsporing van criminelen. Maar anderzijds waarschuwt hij tegen het doorschieten in een tegenreactie. „Dat zie ik bij LPF en VVD en deels ook bij het CDA gebeuren. Maar je kunt in een rechtsstaat eenvoudig niet besluiten om eens een poosje geen aandacht meer te geven aan de privacy.”
Er moet een goede balans worden gezocht, is de boodschap van Rouvoet. „De schandpaalmethode die nu wordt bepleit, is daarbij geen goede oplossing. We hebben geen behoefte aan dergelijke verlegenheidsoplossingen, waarbij burgers op allerlei manieren worden ingeschakeld. Zo moet de politie niet willen werken. Zeker niet als het gaat om het publiceren van foto’s. Als ze die foto’s hebben, dan weten ze toch om wie het gaat? Dan is er toch een andere aanpak denkbaar?”