De Egyptische minister van Buitenlandse Zaken, Ahmed Maher, noemde Abtahi’s bekendmaking echter voorbarig. „Iran en Egypte hebben besloten tot volledige hervatting van de diplomatieke betrekkingen”, aldus Abtahi, die voor een van de komende dagen een officiële bekendmaking aankondigde.

Volgens Abtahi is het besluit tot herstel van de banden vorige maand genomen tijdens een ontmoeting tussen de Egyptische president Hosni Mubarak en de Iraanse president Mohammad Khatami in Genève, de eerste ontmoeting op hoog niveau sinds de islamitische revolutie in Iran in 1979. Abtahi sprak van „een historisch resultaat, in het belang van Teheran, Caïro, de Palestijnse zaak en de islamitische landen in het Midden-Oosten.”

Maher zei dat hij Abtahi’s verklaring had gezien, maar stelde zich tegenover verslaggevers terughoudend op. „Ik heb het gezien, het is een verklaring over de toekomst. Wanneer de toekomst heden wordt, hoort u van me.”

Eerder besloot het stadsbestuur van Teheran om de Khaled Islambouli-straat een nieuwe naam te geven. Islambouli was de Egyptische legerofficier die Sadat op een militaire parade in 1981 doodschoot. De straat heet vanaf nu Intifada, genoemd naar de Palestijnse opstand tegen de Israëlische bezetting.

Iran en Egypte verbraken hun diplomatieke betrekkingen in 1979, toen Iran de ondertekening van het vredesverdrag van Camp David tussen Egypte en Israël veroordeelde. Eind jaren ’80 herstelden zij hun banden tot op het niveau van zaakgelastigde, maar zij hebben geen ambassades in elkaars hoofdsteden.

Een woordvoerder van het Iraanse ministerie van Buitenlandse Zaken, Hamid Reza Asefi, zei dat de sfeer tussen beide landen volledig ten goede is gekeerd. Asefi wees erop dat Iran de banden met Egypte destijds verbrak ter ondersteuning van de Palestijnse zaak, maar dat de Palestijnen nu zelf oproepen tot herstel van de relatie tussen Teheran en Caïro. Hij zei ook dat Egypte nog enkele straatnamen moet veranderen, maar weidde hierover niet uit.