Analyse: Timmermans moet balans vinden tussen realisme en recht
DEN HAAG. Bij zijn aantreden als minister kondigde hij aan de mensenrechten centraal te stellen. In de nasleep van de vliegramp in Oekraïne moet minister Timmermans van Buitenlandse Zaken ook realistisch zijn.

Zijn ongeëvenaarde talenkennis was al bekend, evenals zijn behendigheid om contacten te leggen en te onderhouden met allerhande hoogwaardigheidsbekleders, regeringsleiders en topdiplomaten. Maar als in de nasleep van de Oekraïense vliegramp iets overtuigend naar voren komt, is het dat Timmermans ook in ruime mate beschikt over de gave van het woord.
Indrukwekkende zinnen, bedoeld voor zijn Facebookpagina die inmiddels een begrip is, werden ook vrijdag in Charkov zo uit de tablet gerammeld. In de Oost-Oekraïense stad sprak de minister met de specialisten die de lichamen van slachtoffers die teruggaan naar Nederland voor het vertrek zo goed mogelijk klaarmaken. Hij tikte na afloop: „Wat ik hier gezien heb, zal ik nooit vergeten. Mijn dankbaarheid voor wat deze mensen doen, zal nooit overgaan.”
Veel gememoreerd is al zijn bewogen toespraak dinsdag in de VN-Veiligheidsraad. De bewonderende reacties daarop vanuit de internationale gemeenschap bewijzen dat zijn woorden ook buiten Nederland diepe indruk maakten.
Voor PvdA-leider Samsom, die Timmermans aanzocht als minister, en voor premier Rutte, voor wie een goede samenwerking met zijn minister onontbeerlijk is, was het niet de eerste bevestiging: met Timmermans op Buitenlandse Zaken is de kans te verwaarlozen dat Nederland een modderfiguur slaat. En met de indruk die hij internationaal maakt, vergroot hij ook in de Tweede Kamer zijn gezag.
Binnen de PvdA geldt Timmermans als pro-Europees en liberaal. Als het gaat over zijn levensbeschouwing omschrijft hij zich als eigenzinnige katholiek die zich distantieert van orthodoxe dogma’s die hem niet aanstaan. Die benadering brengt de bewindsman bij een geloofsopvatting die sterk horizontalistisch gekleurd is. De bewoordingen die hij kiest voor het troosten van nabestaanden geven daarvan blijk. Hartverwarmend is de manier waarop hij deze week een van de nabestaanden omhelsde op Vliegbasis Eindhoven.
Van een exclusieve focus op christelijke minderheden wil hij als minister niet weten: het gaat niet om christenvervolging, maar om geloofsvervolging. Net als zijn voorganger Verhagen benadrukt hij veelvuldig het belang van mensenrechten. Nog fanatieker dan de CDA’er benadrukt hij dat ze dé centrale pijler van het buitenlandbeleid behoren te zijn.
Verslaggevers manoeuvreerden hem deze week in een lastig parket toen hij de vraag kreeg welk gewicht hij toekent aan het beschermen van de handelsbelangen met Rusland. Het antwoord: „Dit gaat niet meer over economie en handel. Dit gaat over veiligheid en gerechtigheid.”
Dat die twee de komende weken Timmermans’ baken zullen vormen, lijdt geen twijfel, al is daarmee niet gezegd dat hij gevrijwaard zal blijven van netelige dilemma’s.
De eerste, de verdeeldheid binnen de EU over de sancties tegen Rusland, doemt nu al op. Premier Rutte neigt momenteel sterk naar het standpunt dat economische sancties even geen prioriteit zijn als Rusland de wapenleveranties aan de pro-Russische opstandelingen stopzet. Dat staat haaks op een ander uitgangspunt: dat de sancties moeten worden geïntensiveerd vanwege de Russische annexatie van de Krim. Rutte en Timmermans moeten in dat conflict positie kiezen, maar Timmermans zal daar- bij niet alleen zijn volkenrecht- hart kunnen laten spreken. Nu dreigen met sancties bevordert de coöperatieve houding van Rusland tijdens het onderzoek op de rampplek niet.
Een tweede dilemma betreft de relatie tot de rebellen. Om de rampplek te beschermen, zal de voorkeur van de mensenrechtpuristen in de PvdA zeker uitgaan naar een VN-missie, op basis van een resolutie van de VN-Veiligheidsraad. Als de voortekenen niet bedriegen, zou de veiligheid de komende weken echter weleens geborgd kunnen worden door een reeks losvaste afspraken met de separatisten rond het rampgebied. Dat vergt in elk geval een grote dosis pragmatisme en moed. De internationale mensenrechtenverdragen zeggen daar niet zo veel over. Hoezeer hij ook volgens het mensenrecht wil handelen; in het mijnenveld Oekraïne moet de sociaaldemocraat Timmermans in de eerste plaats realistisch zijn.