Opinie

Vast geloof in vrije markt leidt tot wegkijkstaat

De vrije markt trekt sociale verhoudingen scheef, stelt ds. D. Couvée.

ds. D. Couvée
3 July 2014 09:22Gewijzigd op 15 November 2020 11:41
De Pauluskerk in Rotterdam. beeld RD, Sjaak Verboom
De Pauluskerk in Rotterdam. beeld RD, Sjaak Verboom

In de Pauluskerk kom ik hen dagelijks tegen. Mensen die het niet meer redden, de drop-outs. Janek leeft op straat en is psychisch ziek. Mevrouw Huigens heeft geen contact meer met haar familie en ontbeert nu een sociaal netwerk. Dunya uit Kenia zit al jaren in een asielprocedure maar kan ondertussen nergens terecht. Anderen zijn hun baan kwijt, hun huis uitgezet, verslaafd of hebben iets op hun kerfstok. Sommigen slapen in onze kerk – regelmatig zelfs complete gezinnen. Omdat er écht geen enkele andere plek voor hen is. En het allerergste is: deze groep groeit.

Als ik dit vertel aan ‘gewone mensen’, krijg ik meestal een reactie waaruit ik kan opmaken dat men twijfelt aan mijn waarneming. Nederland is toch een van de rijkste landen in de wereld? Niemand hoeft hier in de goot te leven, er is toch altijd een vangnet? Als diezelfde mensen vervolgens met eigen ogen zien dat onze nieuwe kerk uitpuilt, komt de tweede reactie: Is het niet hun eigen schuld? Waarom moet de samenleving opdraaien voor die mislukkelingen?

Homo economicus

Als predikant van de Pauluskerk zie ik dagelijks de gevolgen van een samenleving die nog maar in één god gelooft: geld. Van een middel om goederen en diensten met elkaar te ruilen, is het uitgegroeid tot het doel dat alle middelen heiligt. Het resultaat is een vorm van kapitalisme waarin we –bewust of onbewust– vergeten dat niet iedereen als winnaar uit de strijd kan komen.

Sinds begin jaren tachtig ligt ons land aan het infuus van een neoliberale cocktail van privatisering, deregulering en bezuinigingen op de overheidsuitgaven. Solidariteit maakt plaats voor egoïsme, waardigheid voor ontmenselijking en verdraagzaamheid voor uitsluiting. Met als resultaat onwenselijke zelfverrijking, politiek afgedwongen schaalvergroting in tal van sectoren en 2 tot 3,5 miljoen inwoners met van origine buitenlandse roots die zich niet welkom voelen in Nederland.

Minister Dijsselbloem stelde onlangs dat de economische crisis voorbij is. Maar de problemen zijn daarmee allerminst opgelost. De echte oorzaken van de crisis zitten veel dieper. Het CBS en de Radboud Universiteit Nijmegen concludeerden in 2012 na uitvoerig onderzoek dat de hedonistische oriëntatie in de afgelopen dertig jaar zo belangrijk is geworden dat individuele zelfverwerkelijking inmiddels de centrale culturele waarde is. Deze Homo economicus is allereerst uit op persoonlijk gewin. Geld is onze nieuwe god, individualisme is zijn zoon en hebzucht maakt de geesten rijp voor een zelfzuchtig geloof. Deze drie-eenheid beïnvloedt ongemerkt ook de sociale verhoudingen en creëert een scheiding tussen de ”haves” en de ”havenots”.

De ”haves” passen de regels van de vrije markt strikt toe en weigeren de samenleving zo in te richten dat iedereen kan deelnemen. De ”havenots” zijn hiervan de dupe en balanceren voortdurend langs de rand van de afgrond. Tegen degenen die erin tuimelen zeggen we: eigen schuld, dikke bult; leer je eigen broek maar op te houden. Zo ontstaat een onderklasse die we voortdurend het gevoel geven dat zij er niet toe doet omdat het schort aan hun ”verdiencapaciteit” en zij onvoldoende ”toegevoegde waarde” levert. Dat is geen participatiesamenleving, maar survival of the fittest, het overleven van de best aangepasten.

Straatkrantverkoper

Het allerergste is echter dat de neiging bestaat om deze ”have-nots” compleet te negeren. We draaien dan letterlijk ons hoofd om als we de straatkrantverkoper zien staan bij de ingang van de supermarkt. Of we ontkennen eenvoudigweg dat armoede in Nederland bestaat, zoals premier Rutte in de Tweede Kamer stellig beweerde. Een aanbod van de voedselbank om daarover in gesprek te gaan wees hij vervolgens namens het voltallige kabinet af. Zo verandert Nederland van verzorgingsstaat in een wegkijkstaat.

Het heilige geloof in de vrije markt gaat lijnrecht in tegen artikel 20 van de Nederlandse Grondwet: „De bestaanszekerheid der bevolking en spreiding van welvaart zijn voorwerp van zorg der overheid.” Dit is geen spreiding, maar juist een inperking van welvaart en welzijn voor een groeiende groep. Dit is ieder voor zich en god voor ons allen. Er ontstaat een maatschappelijke onderklasse. Bijna 400.000 kinderen die in Nederland in armoede opgroeien? We staan erbij, kijken ernaar en zeggen: Eigen verantwoordelijkheid, eigen kracht en participatiesamenleving.

Maar de drop-outs in de Pauluskerk kunnen zich niet aan hun eigen haren uit het moeras trekken. Zij hebben een reddingsboei nodig. Een barmhartige Samaritaan die niet wegkijkt of zelfs hun bestaan ontkent, maar naar hen omziet. Dat is nodig zolang deze ”havenots” er zijn. Want waar geleefd wordt ten koste van anderen, gaat de samenleving aan plundering ten onder. Dat mag niet gebeuren.

We mogen de Nederlandse kroonjuwelen niet opgeven. Solidariteit, menselijke waardigheid en tolerantie kunnen we niet verloren laten gaan. Ik roep bestuurders, volksvertegenwoordigers, beleidsmakers en kiezers ertoe op om minder economie en meer menselijke politiek te bedrijven. Een politiek van barmhartigheid en gerechtigheid voor iedereen.

De auteur is predikant van de Pauluskerk te Rotterdam.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer