De Nederlandse speciaal gezant Bert Ronhaar heeft alle partijen aan tafel gekregen, zo maakte minister Lilianne Ploumen (Buitenlandse handel en Ontwikkelingssamenwerking) woensdag bekend na een bezoek aan het gebied. „De enige manier om tot een oplossing te komen is via gesprekken en gezamenlijke actie van alle betrokken partijen.”

De oliewinning in een van de grootste delta’s ter wereld gaat al decennia gepaard met veel maatschappelijk protest. De straatarme bevolking vindt dat ze te weinig terugziet van de oliedollars en dat hun leefomgeving wordt vernietigd. Ook worden geregeld pijpleidingen gesaboteerd en worden westerlingen ontvoerd voor losgeld. Vorige maand werden nog drie Nederlanders gegijzeld. Zij kwamen na een week weer vrij.

Op initiatief van oud-ambassadeur Ronhaar praten de betrokkenen sinds een jaar met elkaar. Het gaat om een federatie van 20 lokale milieuorganisaties (die tevens medevoorzitter van het overleg is), Shell, een vertegenwoordiging van de lokale Bodo-gemeenschap en een afvaardiging van de deelstaat Rivers. Verder zorgt de VN-milieuorganisatie UNEP voor de nodige technische expertise.

Sinds augustus zijn er vier bijeenkomsten geweest. De aanbevelingen in een rapport van UNEP van drie jaar geleden vormen de basis. In werkgroepen worden plannen verder uitgewerkt. De eerste richt zich op de schoonmaak van het gebied. De tweede concentreert zich op het voorkomen van nieuwe vervuiling onder meer door beter pijplijnbeheer en het stoppen van oliediefstal. Tenslotte focust een derde werkgroep op de economische ontwikkeling van de regio en het herstel van vertrouwen tussen de partijen.

Het succes hangt af van „ieders bereidheid om stappen te zetten”, meent Ploumen. Er zal gezien de „complexe situatie” nog een „heel lange weg” te gaan zijn voor het is opgelost.