Dorp Hamingen in onderdelen verkocht
HAMINGEN. Het was in 2012 wereldnieuws: het dorp Hamingen stond te koop. Eigenaar Stichting Non Nobis wilde vier boerderijen in één keer van de hand doen. Dat is niet gelukt en dus ging het gehucht in onderdelen onder de hamer. Drie van de vier panden zijn nu verkocht.
Files rond het terpgehucht bij het Meppelerdiep in de noordpunt van de gemeente Staphorst, onder de rook van Meppel; berichten op de voorpagina’s van veel kranten. Wie wilde burgemeester worden van z’n eigen dorp? Het was een geslaagde publiciteitsstunt van makelaar Harry Spans van Het Betere Boerenerf uit Nieuwleusen, gespecialiseerd in woonboerderijen. Nog nooit in de 525-jarige geschiedenis van het dorpje, dat in totaal zes woningen telt, was het er zo druk.
In het terpdorp was ruim dertig jaar Lievegoed Zorggroep gevestigd. In Hamingen werden veertien verslaafden opgevangen in drie woonboerderijen en een woonhuis. De opvang van verslaafden is vertrokken naar Ravenswoud in Friesland. Dat was de reden voor de verkoop. Aanvankelijk was de prijs 1.350.000 euro, later 1,1 miljoen euro voor het „hele dorp.”
Eigenaar van de panden Stichting Non Nobis stelde als eis dat huurders of kopers de gebouwen een maatschappelijke functie zouden geven. De missie van deze organisatie is een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van een betere samenleving. Zij hoopte op een zorgorganisatie. Dat bleek niet haalbaar en dus werd medio vorig jaar besloten het dorp in onderdelen te verkopen aan particulieren. De maatschappelijke eis werd ook losgelaten.
Drie panden zijn nu verkocht. Er wordt al in gewoond of een verbouwing is in volle gang. Het grootste gebouw, het onderkomen van Lievegoed met diverse kamers en een fikse tuin, staat nog te koop voor 349.000 euro. Volgens Spans is de bestemming wonen, maar met een beetje goede wil moet een pension ook kunnen.
De makelaar kijkt terug op een geslaagd project, hoewel het niet lukte het hele dorp in één keer te verkopen. „Er was wel belangstelling, met name van zorgorganisaties of stichtingen. Wat mij opviel was dat ze een afspraak maakten op hun tijd –wij moesten alle afspraken schrappen– en vervolgens niets meer van zich lieten horen. Als wij dan belden, hadden ze geen geld.”