De verdachten worden beschuldigd van „geweldpleging in groepsverband gemotiveerd door de seksuele oriëntatie van hun slachtoffers”. Daarbij wordt hun ook verweten dat De Bruijn gedwongen zijn werk moest onderbreken. Een vierde verdachte is minderjarig en zal er niet bij zijn.

Homohaat geldt in Frankrijk als een verzwarende omstandigheid bij mishandeling. Volgens De Bruijns advocaat Caroline Mécary is de kans groot dat de rechtbank erkent dat De Bruijn en zijn partner buiten westen werden geslagen omdat zij homoseksueel zijn. „Twee van de verdachten hebben bekend en er zijn erg veel aanwijzingen voor. Zo hoorde De Bruijns vriend de aanvallers ’hé kijk, homo’s!’ roepen”, zei Mécary een dag voor het proces tegen het ANP. Volgens haar kunnen de daders een straf van 7 tot 10 jaar krijgen.

De Bruijn, bibliothecaris in Parijs, werd in april 2013 in elkaar geslagen toen hij met zijn vriend van een feestje kwam. De volgende ochtend kwam hij op het idee zichzelf te laten zien op Facebook. „Sorry dat ik dit laat zien, maar zo ziet homohaat eruit”, schreef hij. Een succesvolle actie omdat het beeld vele media haalde. Zijn portret werd ook meegedragen in demonstraties voor het homohuwelijk, die toen werden gehouden. Het homohuwelijk is er inmiddels wettelijk toegestaan.