Kerk & religie

Einde vrijbeheerkwestie lijkt in zicht

De kans is aanzienlijk dat achter de hervormde vrijbeheerzaak vrijdag een punt komt. Dan zal de Hoge Raad uitspraak doen in de al ruim tien jaar lopende kwestie. Als het hoogste Nederlandse rechtscollege de Hervormde Kerk in het gelijk stelt, staat voor de vrijbeheergemeenten alleen nog de weg naar het Europese Hof in Straatsburg open.

Kerkredactie
18 December 2003 10:11Gewijzigd op 14 November 2020 00:49
DEN HAAG - Het gerechtshof in Den Haag boog zich in december 2001 voor een tweede maal over de kerkvoogdijkwestie. Achter de katheder (r.) staat mr. L. Hardenberg, advocaat van de vrijbeheergemeenten. - Foto Jos van Leeuwen
DEN HAAG - Het gerechtshof in Den Haag boog zich in december 2001 voor een tweede maal over de kerkvoogdijkwestie. Achter de katheder (r.) staat mr. L. Hardenberg, advocaat van de vrijbeheergemeenten. - Foto Jos van Leeuwen

Het zal vrijdag de zesde keer zijn dat de vrijbeheergemeenten een uitspraak in hun kwestie te horen krijgen.

Het begon allemaal in 1991. Toen aanvaardde de hervormde synode een kerkordewijziging die hervormde gemeenten verplichtte hun vrij beheer op te geven. Weliswaar geldt sinds de invoering van de kerkorde in 1951 in de Hervormde Kerk de hoofdregel dat gemeenten hun financieel beheer onder toezicht van de provinciale kerkvoogdijcommissie (pkc) stellen. Toen werd tevens vastgesteld dat een college van kerkvoogden voor meer dan de helft uit ouderlingen (met een beheeropdracht) moet bestaan.

Cruciaal is echter dat gemeenten zelf mochten beslissen of zij met beheer van het kerkelijke geld en goed doorgingen zoals ze gewend waren, of dat zij overgingen op de nieuwe vorm van beheer. Aanpassing was vrijwillig.

Dat laatste veranderde in 1991. Toen besloot de hervormde synode -in verdubbelde samenstelling, met vier stemmen tegen- tot een kerkordewijziging. Die stelde de aanpassing verplicht en gaf daarvoor de tijd tot 1 januari 1996. Vanaf dat moment moest er in alle hervormde gemeenten één vorm van beheer zijn. Een maand voor die datum waren 993 van de 1400 hervormde gemeenten daadwerkelijk aangepast.

Over de rechtsgeldigheid van het synodebesluit uit 1991 vroeg een aantal vrijbeheergemeenten voor de zesde keer het oordeel van de rechter. Sommige gemeenten waren alleen tegen aanpassing omdat deze het Samen op Weg-proces zou bespoedigen. In de verenigde kerk, die per 1 mei een feit zal zijn, is immers geen plaats voor meer dan één vorm van beheer. Een kleiner aantal heeft principiële bezwaren tegen de figuur van ouderling-kerkvoogd. Deze zou een vierde ambt vertegenwoordigen, dat niet uit de Bijbel is af te leiden.

De eerste maal dat de vrijbeheergemeenten naar de rechter gingen, was in 1992. Toen stapten 73 gemeenten naar de rechtbank omdat ze de kerkordewijziging van 1991 niet-verbindend wilden laten verklaren. De rechter gaf in 1995 echter de Hervormde Kerk gelijk: de kerkordewijziging is verbindend.

In hoger beroep, dat 54 gemeenten daarop aantekenden, vernietigde het Haagse hof in 1997 dit besluit. Het gerechtshof verwees hen naar de kerkelijke rechter (de generale commissie voor de behandeling van bezwaren en geschillen). Deze geschillencommissie stelde 62 gemeenten eind 1998 in het ongelijk. Het hoogste gezag berust trapsgewijze, via kerkenraad en classis, bij de generale synode, aldus de kerkelijke rechter.

Kerkvoogdijen van vrijbeheergemeenten die toch weigerden hun beheer aan te passen, kregen in mei 1999 van het hervormde moderamen te horen onbevoegd te zijn en kregen daarom ook geen toestemming om een predikant te beroepen. Momenteel zijn er tien gemeenten die een vacature hebben en die vanwege de vrijbeheerkwestie geen predikant kunnen beroepen: Boven-Hardinxveld, Driesum, Harskamp, Lunteren, Melissant, Opheusden, Ouddorp, Sint Maartensdijk, Wijk bij Heusden en Zuilichem-Nieuwaal.

De arrondissementsrechtbank in Den Haag, die op verzoek van 44 gemeenten de uitspraak van de kerkelijke rechter uit 1998 toetste, stelde zich in april 2000 helemaal achter de uitspraak van de generale commissie voor de behandeling van bezwaren en geschillen. Veertig van de toen nog 44 procederende gemeenten besloten beroep in te stellen bij het Haagse hof. Dit hof sloot zich in zijn arrest van maart 2002 bijna geheel aan bij de uitspraak van de Haagse rechtbank.

Na deze uitspraak van het gerechtshof besloten in april vorig jaar 38 vrijbeheergemeenten in cassatie te gaan bij de Hoge Raad. Dat is de laatste stap die ze konden zetten binnen het Nederlandse rechtsbestel. Daarna ligt alleen de weg naar het Europese Hof in Straatsburg nog open.

De Hoge Raad zal vrijdag zijn uitspraak bekendmaken. Bij zijn beslissing neemt dit hoogste Nederlandse rechtscollege kennis van de argumenten van de advocaat van de vrijbeheergemeenten en van de raadsman van de Hervormde Kerk. Daarnaast laat de Hoge Raad zich adviseren door de procureur-generaal. Deze gaf de Hoge Raad twee maanden geleden het advies het cassatieverzoek van de vrijbeheergemeenten af te wijzen. De kans wordt daarmee groot dat de uitspraak van de Hoge Raad negatief uitvalt voor de vrijbeheergemeenten, en dus positief voor de landelijke Hervormde Kerk.

M. Muis, woordvoerder van de vrijbeheergemeenten, vertelt desgevraagd dat de gemeenten nog wel gereageerd hebben op het negatieve advies van de procureur-generaal. „We hebben de Hoge Raad geschreven dat de procureur-generaal onvoldoende ingaat op de vraag of de synode in 1991 de bevoegdheid had om het recht van beheer weg te halen bij de vrije kerkvoogdijen. En dat vinden wij nu juist zo’n fundamenteel punt.”

Verder zegt hij nog niet te weten of de procederende gemeenten naar het Europese Hof gaan als de Hoge Raad hun cassatieverzoek naast zich neerlegt. „Daarover spreken we als vrijbeheergemeenten met elkaar in Lunteren, op 10 januari.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer