Politiek

CDA en CU-SGP steeds europragmatischer

De ideologische kijk op de EU van CDA enerzijds en ChristenUnie en SGP anderzijds verschilde vroeger flink. Dat weerspiegelt zich ook nu nog in hun Europese verkiezingsprogramma’s. Desondanks schuiven ze geleidelijk aan naar dezelfde positie: een europragmatische houding jegens Europa.

Kees de Groot

9 April 2014 19:44Gewijzigd op 15 November 2020 09:57
De Europese verkiezingen komen er weer aan. beeld ANP
De Europese verkiezingen komen er weer aan. beeld ANP

Het CDA en zijn voorgangers KVP, ARP en CHU „zijn altijd pro-Europese partijen geweest”, stelt universitair docent dr. H. Vollaard van de Universiteit Leiden. „Zij hebben zich altijd uitgesproken vóór een gezamenlijke markt en later ook een gezamenlijke munt in Europa.” In het verleden streefden ze ook naar meer politieke eenwording in de EU.

Maar waar voorheen het Europese belang nadrukkelijk aan bod kwam, kijkt het CDA nu vooral naar het nationale belang. „De partij spreekt zich in haar verkiezingsprogramma uit tegen een politieke unie en tegen een federaal Europa.”

SGP en CU (en haar voorgangers RPF en GPV) hebben juist een eurosceptisch verleden. Bij die partijen is de EU de laatste dertig jaar steeds meer aanvaard. Principieel als overheid, en dus als Gods dienares. Pragmatisch omdat Europese samenwerking prima uitpakte voor de aanpak van grensoverschrijdende problemen.

Ook in de CU-achterban is er meer oog voor de positieve kanten van Europese integratie gekomen, weet Vollaard. Niettemin is een meerderheid van de CU-stemmers nog steeds kritisch over meer Europese integratie. Onder de SGP-kiezers is dat sentiment nog sterker.

De CDA-kiezers zijn, zo blijkt uit kiezersonderzoek, „perfect gespleten” als het over Europa gaat. Een derde wil graag meer Europese eenwording, een derde juist minder en een derde bepleit handhaving van de status-quo.

Bij de vorige Europese verkiezingen, vijf jaar geleden, sloeg de partij tijdens de campagne een „aanmerkelijk kritischer toon” aan over Europa dan op grond van het europragmatische verkiezingsprogramma mocht worden verwacht. „Dat heeft destijds tot nogal wat commentaar geleid in het CDA”, herinnert Vollaard zich. „Ik ben dus benieuwd wat het CDA nu gaat doen en in hoeverre het verkiezingsprogram leidend zal zijn.”

De mensen die het EU-beleid uitzetten in het CDA, vinden in elk geval dat hun partij er voor moet uitkomen dat ze eigenlijk pro-Europees is.

Dankzij de economische crisis zijn volgens Vollaard leidende CDA’ers nadrukkelijker gaan pleiten voor een steviger Europese Unie, juist in het belang van Nederland.

Europese regering

Als hij kijkt naar het verkiezingsprogramma van het CDA en dat van ChristenUnie en SGP (die een gezamenlijk program hebben), valt het Vollaard op dat het CDA ook „nadrukkelijk streeft naar democratisering op Europees niveau.” De Europese Commissie zou zich moeten ontwikkelen tot een soort Europese regering; daarnaast zou het Europees Parlement meer macht moeten krijgen. CU en SGP willen dat juist niet. Die focussen op de nationale lidstaten en op de nationale parlementen.

De partijen hebben volgens de wetenschapper gemeenschappelijk dat de solidariteit tussen EU-lidstaten grenzen kent. In de praktische uitwerking daarvan verschillen ze echter weer. Zo stellen CU en SGP dat landen desnoods uit de eurozone moeten kunnen stappen. Daar wil het CDA dan weer niets van weten.

Waar het CDA meer Europese integratie niet bepaald uitsluit, betonen CU en SGP zich daarin „zeer terughoudend.” In de inleiding op hun programma schrijven ze dat „tot de gevaarlijke verleidingen van de politiek het streven behoort naar een concentratie van macht als doel in zichzelf.” En van die „politieke hoogmoed” is de EU volgens hen „helaas niet vrij gebleven.” Daaruit spreekt nog de „protestantse huiver” voor machtsconcentratie, analyseert Vollaard.

Eurofiel karakter

CDA en CU-SGP gaan, ondanks hun programmatische verschillen, al sinds 2004 een horizontale lijstverbinding aan bij Europese verkiezingen.

Zo’n lijstverbinding verplicht niet tot inhoudelijke samenwerking na de verkiezingen. In het Europees Parlement scheiden namelijk de wegen: het CDA blijft daar deel uitmaken van de EVP-fractie, CU en SGP zullen (weer) met de Britse Conservatieven in zee gaan.

Dat zowel CDA als CU en SGP toetreden tot dezelfde (EVP)-fractie, ziet Vollaard niet gebeuren. Ondanks het feit dat de partijen op de schaal van eurofiel naar eurokritisch langzaam naar dezelfde europragmatische positie toekruipen. „Hoewel het eurofiele karakter van de EVP-fractie minder geprononceerd is geworden, zal vooral de SGP zich daarin niet thuisvoelen.”


Overeenkomsten

De belangrijkste overeenkomsten tussen de Europese verkiezingsprogramma’s van CDA en CU-SGP:

lHet belang van samenwerking in Europa op economisch gebied bij grensoverschrijdende problemen staat niet ter discussie.

lBlijvende betrokkenheid bij de EU is gewenst om belangrijke waarden zoals democratie en rechtsstaat te beschermen.

lTegen een federaal Europa.

lBeslissingen moeten zo dicht mogelijk bij mensen genomen worden als zaken ook daar opgelost kunnen worden.

lHet CDA wil een beter Europa „dat niets onnodig regelt.” CU en SGP vinden dat de Europese Commissie zich moet onthouden van algemene visies op terreinen waarop zij niet bevoegd is regelend op te treden.

lEuropees beleid moet „proportioneel” zijn. Het voorgestelde middel moet in verhouding staan tot het beoogde doel. Europees beleid is nu vaak te gedetailleerd.

lOm te waarborgen dat Brussel zich niet met zaken bemoeit waar de EU niet over gaat, moeten nationale parlementen op de rem kunnen trappen.

lNationale parlementen moeten sowieso eerder en nauwer worden betrokken bij Brusselse besluitvorming.

lDe interne markt moet vervolmaakt worden.

lVoor de EU ligt wat beide aangaat een actieve rol om wereldwijd mensenrechten en vrijheden te bevorderen. Bijzondere aandacht dient daarbij uit te gaan naar godsdienstvrijheid.

lInternationale criminaliteitsbestrijding vraagt om een stevige Europese aanpak.

lHet Europees landbouwbeleid moet een gelijk speelveld garanderen, zodat eerlijke concurrentie mogelijk is.

lDe specifiek Nederlandse aanpak van het visserijbeleid, in nauwe samenwerking met de sector, bevelen beide programma’s krachtig aan.

lHet pensioenbeleid moet een nationale aangelegenheid blijven.

lHet Europees Parlement zou op één plek moeten vergaderen.

lVerdere uitbreiding van de EU is momenteel ongewenst. De EU moet eerst intern orde op zaken stellen. Áls er nieuwe landen toetreden, moeten die aan alle voorwaarden daarvoor voldoen.

lToetreding van Turkije tot de EU is niet aan de orde. Voor het CDA niet omdat dat land „bij lange na” niet aan de criteria voldoet. CU en SGP zien een grote „ historische en culturele afstand” tussen de EU en Turkije, die ook nog eens wordt vergroot door „de dominantie van een regering met een exclusief islamitische politieke agenda.”


Verschillen

De belangrijkste verschillen tussen de Europese verkiezingsprogramma’s van CDA en CU-SGP:

lHet CDA-programma beroept zich niet op het christendom. Wel staat er dat het CDA waarden koestert zoals de rechtsstaat, bescherming van grondrechten, democratie, sociale cohesie, de verantwoorde omgang met onze planeet en onderlinge solidariteit.

lChristenUnie en SGP stellen dat ze willen „leven en werken in en vanuit de christelijke traditie.” Zij noemen wel Gods naam en citeren de Bijbel. „God de Schepper vraagt ons verantwoordelijkheid te dragen voor het beheer van Zijn schepping.” Die en andere „fundamentele noties” zijn leidend in het „christelijk genormeerde” verkiezingsprogramma.

lHet CDA wil een slagvaardig Europa dat zijn grenzen kent, met meer samenleving en minder overheid. CU en SGP benadrukken de rol van nationale staten, „de dragers van de Unie.”

lWaar het CDA op „sommige terreinen” verdieping van de Europese samenwerking nodig vindt, wijzen CU en SGP „een nieuwe machtsgreep” door verdergaande bevoegdhedenoverdracht naar de EU af.

lEen „steviger buitenlands beleid” van de Unie is nodig, meent het CDA. CU-SGP pleiten juist voor „bescheidenheid.”

lHet CDA wil kopgroepen van landen die meer samenwerken. Bijvoorbeeld op defensieterrein. Zo ver gaan CU en SGP niet.

l„Vierkant” staat het CDA achter de voltooiing van de Economische en Monetaire Unie (EMU) en het behoud van de euro. CU en SGP vinden „doormodderen” met de EMU „geen optie.” Zij willen dat landen de eurozone kunnen verlaten. Nieuwe lidstaten moeten niet meer verplicht zijn de euro in te voeren.

lCU en SGP zijn nog huiveriger voor een breed opgetuigde bankenunie dan het CDA. Van een economische en begrotingsunie moeten ze niets hebben.

lHet economisch en begrotingsbeleid van de lidstaten moet meer vanuit Brussel worden gecoördineerd, vindt het CDA. CU en SGP stellen dat de lidstaten zélf hoofdverantwoordelijk blijven voor hun eigen economische beleid.

lEuropese commissarissen moeten van het CDA individueel ter verantwoording kunnen worden geroepen in het Europees Parlement en zelfs worden weggestuurd, stelt het CDA voor. CU en SGP achten dat „niet gewenst.”

lChristenUnie en SGP spreken zich uit over een „rechtvaardig vredesproces” in het Midden-Oosten. Het CDA-programma vermeldt daar niets over.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer