Gemiddeld inkomen van boeren stabiel in 2003
Boeren hebben dit jaar gemiddeld ongeveer evenveel verdiend als vorig jaar. Hogere winsten voor akkerbouwers hielden daarbij inkomensdalingen voor veehouders in evenwicht. Dat heeft het Landbouw–Economisch Instituut (LEI) dinsdag gemeld.
Dit jaar zal de land– en tuinbouw voor 20 miljard euro aan goederen produceren. Dat is ongeveer evenveel als vorig jaar. „Omdat voor de land– en tuinbouw als geheel ook de productiekosten nauwelijks zijn veranderd, blijft het sectorinkomen hangen op het lage niveau van 2002", aldus het LEI.
Volgens het instituut hebben de meeste veehouders een moeilijk jaar achter de rug. „Pluimveehouders zijn ernstig getroffen door de vogelpest, het inkomen van varkenshouders bleef negatief en dat van melkveehouders liep verder terug door de lage melkprijs."
Dit jaar levert een gemiddeld melkveebedrijf een gezinsinkomen op van ongeveer 40.000 euro, 3000 euro minder dan vorig jaar. Veel varkenshouders draaien verlies. Het LEI verwacht wel dat boeren volgend jaar meer zullen vangen voor hun varkens. „We zitten in het lage deel van de varkenscyclus", aldus L. Zachariasse, directeur van het LEI.
Ondanks de desastreuze effecten van de vogelpest op veel pluimveebedrijven bleef het gemiddeld inkomen in de sector nagenoeg stabiel. „Er zou zelfs wel een klein plusje kunnen zijn", zei Zachariasse. Het plusje komt omdat boeren door de schaarste als gevolg van de vogelpest veel meer geld kregen voor hun eieren. De steun die gedupeerde boeren kregen van de overheid, hielp ook mee, volgens het LEI.
In de glastuinbouw bleven de inkomens ongeveer gelijk aan die van 2002. Voor akkerbouwers was het een goed jaar. Zij profiteerden van de droogte, die voor schaarste zorgde. Daardoor liepen de prijzen voor akkerbouwproducten op.
Boerenorganistie LTO Nederland ziet dit als een tijdelijke opleving. „De algemene teneur is dat financiële opbrengsten van agrarische producten teruglopen of op een laag niveau blijven." De overheid moet boeren daarom meer ruimte geven om te ondernemen zodat zij beter hun kosten kunnen drukken, zei LTO Nederland.