Dat stelt Pieter Moens, bestuurder van de reformatorische schoolbesturenkoepel VGS. „Hoe de wet in de praktijk gaat werken moet nog blijken, maar duidelijk is dat de indieners een statement willen afgeven; er mag geen ruimte meer zijn voor diversiteit.”

Moens is pijnlijk getroffen door de probleemschets die in de wet wordt gegeven: „Alsof er op orthodoxe scholen veel leraren in de problemen zitten die niet voor hun geaardheid durven uit te komen. Dat is niet zuiver.” Daar is volgens Moens geen wetgeving voor nodig. Hij vraagt zich af hoe tolerant de indieners eigenlijk zijn ten opzichte van mensen die niet hetzelfde denken als zij.

De homobelangenorganisatie COC vindt dat de Tweede Kamer haast moet maken met de wetswijziging. De huidige wet leidt volgens het COC tot een gevoel van onveiligheid. „Leerlingen en docenten hangt een ”zwaard van Damocles” van ontslag of weggestuurd worden boven het hoofd.” De belangenorganisatie meent dat het ondenkbaar is dat „een 14-jarig lesbisch meisje dat een spreekbeurt over homoseksualiteit wil houden op een reformatorische school met de huidige wet in de hand mag worden weggestuurd.”

Het LKP, de landelijke koepelorganisatie van de christelijke homo- en lesbiennesbeweging, hoopt ook van harte dat het wetsvoorstel spoedig zal worden aangenomen.