Wandelen tussen de chassidim in Antwerpen: raak niet per ongeluk een man aan
Als het schooltje van de Joodse chassidim aan de Antwerpse Belgiëlei uitgaat, is het oppassen. Je moet niet alleen de haastige moeders met kinderwagens omzeilen en de jongens op hun crossfietsjes, maar vooral de chassidische mannen. Wanneer je per ongeluk tegen hen opbotst, hebben ze een probleem.
Ze vallen op in het Antwerpse straatbeeld. Zowel de mannen en vrouwen als de kinderen zijn in het zwart gekleed. De vrouwen dragen vaak een halflange rok en zwarte panty, sommigen een hoofddoek of pruik. Velen duwen een kinderwagen voor zich uit, terwijl aan beide zijden van de wagen jonge kinderen proberen hun moeder bij te houden. Kinderen grootbrengen en zorg dragen voor het huishouden beschouwt een orthodox-Joodse vrouw als de eervolste taak die er is.
De Joodse bevolkingsgroep in Antwerpen is een van de grootste orthodoxe gemeenschappen van Europa, grofweg te onderscheiden in een ultraorthodox en een modernorthodox deel. Ze maken deel uit van twee Israëlitische gemeenten: Machsike Hadass (waarbij onder anderen de chassidische Joden zijn aangesloten) en het wat modernere Shomre Hadas. Niet dat de chassidim een eenheid vormen. Het chassidisch Jodendom valt uiteen in tientallen stromingen, elk met hun eigen rebbes en tradities.
Wanneer een vrouw een chassidische man gedag wil zeggen, leert de etiquette, kan zij volstaan met een glimlach en een knikje. Hij mag ‘vreemde’ vrouwen namelijk om religieuze redenen geen hand geven. Daarom is het uitkijken, op de drukbewandelde Belgiëlei, waar ook het herdenkingsmonument voor de gedeporteerde Joodse bevolking te vinden is.
Zoals ze daar lopen, lijken ze in zichzelf gekeerd, de Antwerpse ultraorthodoxe Joden, met hun hoeden en pijpenkrullen bij de bakkebaarden. Zou dat komen door de vele toeristische stadswandelingen die door deze wijk voeren? In een scriptie uit 2007 over Joden en niet-Joden in Antwerpen schrijft de huidige archivaris Liesbeth ’t Hart: „Sommige chassidische Joden voelen zich daardoor net een aap in de dierentuin, terwijl anderen zich bezorgd maken over wat voor onzin de niet-joodse gidsen over hen vertellen.”
Huizenprijzen
De buurt is uniek door zijn compactheid en beslotenheid. Hij wordt niet voor niets een sjtetl genoemd: een plaats waar de orthodox-Joodse gemeenschap domineert. De meeste orthodoxe Joden wonen in de wijk tussen het Centraal Station en het Stadspark. Synagoges, gebedshuizen, koosjere winkels en scholen concentreren zich hier.
De inwoners weten zich veilig in deze wijk, zegt de modernorthodoxe rabbijn Ahron Daum in zijn appartement aan de Lamorinièrestraat. Dat is precies de bedoeling. Een vrouw moet ’s nachts over straat kunnen gaan zonder dat ze aangevallen of verkracht wordt. De prijs die de Joodse gemeenschap hiervoor betaalt, is hoog. Letterlijk. De wijk is gewild en dat stuwt de huizenprijzen op.
Even verderop, in de Lange Leemstraat, is Beni Falafel gevestigd, een vegetarisch fastfoodrestaurantje met koosjere gerechten op de kaart. Waaronder natuurlijk falafel, gefrituurde balletjes die zijn gemaakt van kikkererwten en kruiden. Op een televisie aan de muur flitsen advertenties voorbij voor pesachvakanties in dure resorts.
Beni Falafel is een begrip in Antwerpen. Het is er druk. Zakenmensen, met of zonder keppeltje, houden er lunchpauze. Tussen de tafels spelen meisjes met lang donker krulhaar.
„Er zijn drie scholen in de buurt”, grijnst eigenaar Beni veelbetekenend. De man is een en al gastvrijheid. Vlug maakt hij een gratis glas kruidenthee klaar. Volgens Beni trekt zijn zaak allerlei nationaliteiten aan, onder wie Indiase diamanthandelaars.
Beni’s twee kinderen zijn in Antwerpen geboren, maar wonen nu in Israël. Ze zijn niet de enigen die de Belgische stad achter zich lieten. Gebrek aan werk is vaak een reden voor vertrek. Evenals het sluimerende, maar nu en dan oplaaiende antisemitisme. „Israël heeft een fijn klimaat”, zegt Beni in zijn staccato Engels verlangend. Wil hij niet in Israël wonen? „Ik wil werken. Mijn werk is hier, in Antwerpen.”
Aanslag
Dat er Indiase diamantairs bij Beni eten, is exemplarisch voor wat er in de afgelopen decennia in de befaamde Antwerpse diamanthandel voorviel. Was de diamantindustrie ooit volledig in Joodse handen, nu nemen Indiase zakenlieden de leiding. In de Hoveniersstraat, het hart van de diamantwijk, vinden de verschillende nationaliteiten elkaar. Dat gebeurt in de strengbeveiligde panden met zware deuren en marmeren gangen –zoals het Antwerp Diamond Centre en de Beurs voor Diamanthandel– maar ook buiten, op straat. Kopers en verkopers ontmoeten elkaar. Er wordt getelefoneerd, begroet, gedelibereerd. In het Jiddisch, Engels en Nederlands.
Tussen al die saaie hoge gebouwen loop je bijna voorbij aan de lieftallige Joods-Portugese synagoge. Een gedenkplaat op de gevel herinnert aan een aanslag in 1981 waarbij voor de synagoge een bom tot ontploffing werd gebracht. Drie mensen vonden de dood, meer dan honderd personen raakten gewond. Sindsdien wordt de diamantwijk streng bewaakt. Verdwijnpalen maken autoverkeer onmogelijk. Scooterrijden kan wel, zo blijkt als een orthodoxe Jood met wapperende jaspanden voorbijsnort.
Chocoladekoekjes
Koosjer eten koop je in de Lange Kievitstraat. ”Samedi – fermé, dimanche – ouvert”, staat er op de winkelpuien (Zaterdag – gesloten, zondag – open). De ”Heimische bakkerij” zit er. En ”beenhouwer-traiteur Kosher King”, een slager dus. Op nummer 52 vind je Hoffy’s Take Away, een restaurant dat wordt geprezen om zijn Asjkenazische keuken.
Bij Bakkerij Steinmetz, aan het einde van de straat liggen verleidelijke chocoladekoekjes in de etalage. Dat vraagt om een visite. De vrouw achter de toonbank, Orna Cohen, is niet traditioneel-Joods gekleed. Misschien is dat de reden dat ze nooit last heeft van antisemitische uitingen. Ze voelt zich in Antwerpen als een vis in het water. Ooit woonde ze in Israël, maar na haar scheiding trouwde ze met een Belgische Jood. De aanslagen in Israël gaven haar veel spanning, vertelt ze. Een rustig leven leiden, lukte er niet. Bovendien vindt ze de Joden in Israël „not kind.” De Antwerpse bevolking is, zegt Orna Cohen, vriendelijker en beleefder.
De Lange Kievietstraat loopt onder de spoorwegbrug door, een kilometerslang markant viaduct dat scheiding maakt tussen de Joodse wijk en de Arabisch-Marokkaanse buurt, waar ook veel Joden wonen. Hier eveneens mezoeza’s (gebedskokertjes) bij de voordeur. Zachtjes begint het te regenen. Passerende Joden hebben hun hoofddeksel in plastic verpakt. Een groot gebouw aan de Van Spangenstraat blijkt een gebeds- en leerhuis van de Belzer chassidim te zijn, de grootste en invloedrijkste chassidische beweging in Antwerpen. Gele stootblokken voor de deur moeten voorkomen dat deze van oorsprong Oekraïense Joden doelwit worden van een aanslag.
Antwerpen staat bekend als het Jeruzalem aan de Schelde. Weliswaar is maar ongeveer een kwart tot de helft van de Joodse inwoners orthodox, maar zij vormen het gezicht van de Joodse gemeenschap en oefenen invloed uit op het niet-orthodoxe deel. De wortels van Antwerpse Joodse families liggen vaak in Oost-Europa. Bij het voorbijgaan van een school klinkt kindergezang. Aan de buitenkant van veel gebedshuizen is niets te zien. Of het moet een gedenksteen zijn, zoals bij het opperrabbinaat van de Israëlitische gemeente Shomre Hadas. In dit pand dreven nazi’s met hulp van de Antwerpse politie in 1942 Joden met geweld bijeen.
Een meisje met donkere ogen en een geruit rokje is gestopt met steppen. Ze kijkt op. Een schuchtere blik. Even is het 1942. Dezelfde weerloze meisjes werden in de Tweede Wereldoorlog bruut van hun vader en moeder gescheiden en weggevoerd. Er valt een stilte. Midden in het stadsgewoel van Antwerpen.
Twee gemeenten
Antwerpen kent twee Israëlitische gemeenten: Machsike Hadass en Shomre Hadas. Machsike Hadass, een strengorthodoxe gemeente, verenigt de tientallen chassidische gemeenten in Antwerpen. In principe zijn al deze kleine en grote gemeenten autonoom en hebben ze een eigen rabbijn. Wat ze met elkaar delen zijn het opperrabbinaat, een rabbinale rechtbank, een ”kasjroetwezen” (een autoriteit die bepaalt welk voedsel wel of niet gegeten mag worden) en een begrafenisonderneming. Shomre Hadas bezit dezelfde instituten. Tot deze gemeente behoren alle stromingen, ook niet-religieuze en niet-orthodoxe Joden.
Enkele van de vele chassidische bewegingen in Antwerpen: Alexander, Bobov, Chortkov, Gur, Lubavitch, Pshevorsk, Premishlan, Satmar, Shotz, Skver, Spinka, Tzanz en Vizhnitz.
Veertig procent van de Joodse gemeenschap in Antwerpen bezoekt regelmatig een synagoge. Ter vergelijking: in Brussel is dat nog geen 10 procent.