Ook wil de Nederlander zien wie, welke gegevens uit zijn dossier heeft uitgewisseld. Bijna de helft (44 procent) wil zelf gegevens kunnen toevoegen. Dat blijkt uit een onderzoek dat de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie (NPCF) onder 1100 mensen heeft gehouden.

Overigens zag 74 procent wel dat digitale uitwisseling van medische gegevens door artsen en specialisten nuttig kan zijn. Maar bijna de helft (48 procent) van de ondervraagden vindt dat dit nut eerst in de praktijk moet worden aangetoond, voordat het landelijk wordt ingevoerd.

Aanleiding voor de studie was een verzoek om advies van het Nationaal ICT Instituut in de Zorg dat in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid werkt aan de invoering van elektronische medische dossiers en de zorgpas voor alle Nederlanders. Het is de bedoeling dat artsen, specialisten en andere zorgverleners op die manier beter geïnformeerd raken over de behandeling van een patiënt.

Ruim een op de drie ondervraagden (39 procent) vreest dat zijn of haar privacy geschonden wordt door een dergelijk systeem. Die angst leeft vooral onder mensen van 55 tot 80 jaar. Onder de jongeren van 18 tot 35 jaar bestaat angst voor onrechtmatig gebruik of fraude met de gegevens. Minder dan een op de tien (8 procent) is bang dat zorgverzekeraars misbruik maken van de gegevens.

Ongeveer de helft (55 procent) vindt dan ook dat er onafhankelijke controle nodig is, 54 procent staat positief tegen een klachtenbureau en bijna 60 procent wil dat er een instantie komt die misbruik straft.

Twee van de drie is ook niet bereid vooraf alle mogelijke toekomstige zorgverleners toestemming tot inzage te geven. Alleen als ze de garantie krijgen dat uitsluitend behandelende zorgverleners inzage hebben, zijn de burgers (81 procent) bereid toestemming te geven.