Oekraïne kreeg onlangs al voor ruim 11 miljard euro aan financiële hulp van de EU toegezegd voor de komende jaren. Het hoopt de contacten de komende tijd te intensiveren. „Deze beweging richting de EU heeft de steun van de Oekraïners die de laatste maanden op straat hebben geprotesteerd. Europese waarden waarvoor Oekraïners gevochten hebben, verdienen de steun van Europeanen”, meende Desjchitsia.

De minister verwacht nog altijd dat hij via de diplomatieke weg een uitweg uit de Krimcrisis kan vinden. Vechten om het door Rusland betwiste schiereiland is vooralsnog geen optie, ook al wil Oekraïne de Krim niet opgeven. „We beschouwen het als deel van Oekraïne, maar zijn niet bereid te vechten tegen de Russen, wel om diplomatieke middelen in te zetten om deze agressie te weerstaan. We praten met zo veel mogelijk internationale partners en organisaties. Zo kunnen we grotere druk op Rusland zetten en zal het uiteindelijk luisteren naar Oekraïne en de internationale gemeenschap”, zei Desjchitsia.

Mocht de bevolking van de Krim zich op 16 maart uitspreken voor aansluiting bij Rusland, zal Oekraïne die uitslag niet erkennen. „Niet alleen wij, maar ook veel andere landen nemen het standpunt in dat dit referendum ongeldig is. Niet alleen omdat er geen legale basis in de Oekraïense grondwet is, maar ook omdat de bezetters geen internationale waarnemers toelaten”, aldus Desjchitsia.