Een van de vijf opvarenden is voorzitter Croll van het vfonds (het Nationaal Fonds voor Vrede, Vrijheid en Veteranenzorg). Het 
is voor het eerst sinds de oorlog dat een dergelijke herdenkingstocht onder zeil wordt ondernomen.

Hetzelfde aantal opvarenden –vier mannen en een vrouw– ontvluchtte op 29 april 1943 in een 5,5 meter lange houten vlet het bezette Nederland. Ze noemden hun bootje Yvette, naar de enige vrouw aan boord. Na drie dagen op zee kwamen ze aan in Sheerness, aan de monding van de Theems. Een van hun kleinkinderen vaart volgende maand mee.

De Yvette ligt nu in het oorlogsmuseum in Overloon en is samen met een kano het enige nog overgebleven vaartuig van Engelandvaarders. Het bootje dat op de openingsdag van de Hiswa met een puts champagne wordt gedoopt heet Yvette II. Het wordt tijdens de oversteek begeleid door marineopleidingsschip Zr. Ms. Urania. Aan de overkant verwelkomt de Royal Navy de Yvette II.

Engelandvaarders werd de erenaam van alle 1700 Nederlanders die naar geallieerd gebied ontsnapten en daar doorgaans in het leger gingen. Het plan om een van hun tochten te reconstrueren, ontstond afgelopen zomer op de redactie van de Vaarkrant. De Yvette is vervolgens nagebouwd in Wormerveer.

Het vfonds is hoofdsponsor van het project, dat beoogt „jonge mensen te laten zien dat leeftijdsgenoten ruim 70 jaar geleden gevaarlijke ondernemingen opzetten om vrijheid te verwerven die we in 2014 als vanzelfsprekendheid ervaren.”