Binnenland

„Blijvende aandacht voor Syrië is belangrijk”

GRONINGEN. Hoewel de rampspoed in Syrië onverminderd groot is, is de (media-)aandacht voor het bloedige conflict tanende. De burgeroorlog is qua nieuwswaarde onder meer ingehaald door de gebeurtenissen in Kiev. Heeft de verontwaardiging over Syrië een punt van verzadiging bereikt? En wat betekent de verminderde belangstelling voor hulporganisaties?

Leon Bogaard
1 March 2014 21:02Gewijzigd op 15 November 2020 09:08
beeld AFP
beeld AFP

„Dat mensen snel van gedachten kunnen veranderen, is bekend. Zeker als het gaat om een warrig conflict zoals in Syrië. Het is geen ‘romantische’ strijd tussen goed en kwaad”, zegt sociaal psycholoog Hans van de Sande van de Rijksuniversiteit Groningen. „Op het moment dat het speelt, staat het in het middelpunt van de belangstelling. Maar gebeurt er dan iets wat minder een ver-van-mijn-bedshow is, dan is de aandacht snel afgeleid. Mensen hebben eigenlijk betrekkelijk weinig geheugen.”

Volgens Van de Sande zijn traditionele waarden als geografische ligging en cultuur debet aan de afnemende belangstelling. „Het is een klassiek gegeven. Als er een bootje in de Lek vergaat en er overlijdt daar één persoon, dan is dat groot nieuws. Bij een bootongeluk in India moeten minimaal 1000 doden vallen wil het bij ons het nieuws halen.” Ook telt volgens Van de Sande de journalistieke trots mee bij de berichtgeving. „Met name journalisten stellen zich de vraag welk nieuws interessant kan zijn voor publiek. Vraag een persoon wat hij interessant of belangrijk vindt en het gaat vooral om zijn eigen omgeving. Zeker als nieuws langer voortduurt is het op den duur geen nieuws meer.”

De tanende belangstelling voor rampen zoals in Syrië heeft nadelige gevolgen voor hulporganisaties. „Uit het oog is vaak uit het hart. Is een ramp uit de belangstelling, dan geven mensen minder”, weet Dick Loendersloot van Kerk in Actie. De organisatie zamelt nog altijd geld in voor Syrië, maar ook voor andere vergeten rampen zoals de oorlog in Colombia en de humanitaire crisis in Congo. „Waar mogelijk proberen wij mee te liften met de media-aandacht die er is voor een ramp. Dat werkt als een tandem. Neemt de aandacht af, dan wordt het voor ons worstelen om onder de aandacht te blijven en geld in te zamelen”, aldus de noodhulpcoördinator van Kerk in Actie. Als voorbeeld noemt Loendersloot de vredesbesprekingen over Syrië een paar weken geleden in Genève. „Meerdere kerkelijke gemeenten hebben toen bij ons spontaan geïnformeerd naar de mogelijkheid om te collecteren ten behoeve van de slachtoffers van de burgeroorlog. Dan ondervind je aan den lijve dat media-aandacht werkt.”

Marjolein Hammink van de Samenwerkende Hulporganisaties (SHO) onderschrijft de woorden van Loendersloot. „Blijvende aandacht voor een rampgebied is belangrijk”, zegt ze. „Niet alleen voor de hulpvraag. Ook is het belangrijk dat donateurs goed geïnformeerd blijven. Je moet verantwoorden waar je mee bezig bent. Maar vooral mogen de slachtoffers niet vergeten worden.” De tanende belangstelling ten spijt blijven de verschillende SHO-leden, waaronder Kerk in Actie, maar ook Unicef, het Nederlandse Rode kruis en ICCO, zich onverminderd inzetten voor de Syriërs. „Niets doen is zeker geen optie”, benadrukt Loendersloot.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer