Politiek

CDA-senator De Vries: Omvallen jeugdzorginstelling niet de bedoeling

DEN HAAG. Al vroeg in het debat over de Jeugdwet creëerde CDA-senator G. de Vries-Leggedoor dinsdag een opening voor de coalitie van VVD en PvdA. Zo trok het CDA de regie naar zich toe, en niet D66, ChristenUnie of SGP, zoals vooraf was verwacht.

12 February 2014 21:26Gewijzigd op 15 November 2020 08:48
beeld ANP
beeld ANP

„De Senaat was gewaarschuwd”, glimlacht De Vries-Leggedoor. Om de stemming er meteen in te brengen, opende staatssecretaris Van Rijn dinsdag het debat plagerig met het voorlezen van een oude motie. Daarin staat dat de Jeugdzorg „nog duidelijk verbetering” behoeft in het terugdringen van de bureaucratisering, de eenduidige financiering en de aansturing.

„Zo lang praten we al over de noodzaak van een nieuw stelsel”, wil De Vries maar zeggen. En voor alle duidelijkheid: de motie uit 2004 was van een andere CDA’er: M. H. J. Soutendijk-van Appeldoorn.

Móést het CDA wel voor de nieuwe Jeugdwet zijn?

„Nee, dat niet. We steunen de achterliggende gedachte, maar hadden wel een aantal zorgen. Zo willen we niet dat er straks helemaal geen jeugdzorg is voor kinderen die niet rechtmatig in Nederland verblijven. Inmiddels hebben we de toezegging gekregen dat dit goed is geregeld.”

De behandeling ging te snel, zeggen PVV en SP.

„Het ging snel en dat kan betekenen dat een zorgvuldige overgang in het gedrang komt. Vooral over gespecialiseerde, bovenregionale instellingen voor jeugdzorg aan 18-plussers was ik bezorgd. Het is nog niet helemaal duidelijk onder welke wet deze doelgroep valt, de Wet langdurige zorg of de Jeugdwet. Daarom wachten veel gemeenten nog even met het contracteren van deze instellingen. Gevolg daarvan kan zijn dat ze dit jaar al geen goedkeurende accountantsverklaring meer kunnen krijgen en nog voor 2015 omvallen. Dat kan niet de bedoeling zijn.”

Biedt de door u afgedwongen komst van een commissie voldoende garantie dat dit niet gebeurt?

„Ja, het wordt een onafhankelijke commissie, ook wel transitieautoriteit genoemd, waaraan de staatssecretaris als het ware zijn doorzettingsmacht delegeert. Als een instelling die dreigt om te vallen bij de commissie aanklopt, kan zij zeggen: „Onacceptabel, dat moet anders.” Er wordt dus een commissie in het leven geroepen die vergaande bevoegdheden krijgt.”

Heeft een landelijk werkende instelling zoals SGJ Christelijke Jeugdzorg iets aan zo’n commissie?

„Waarborgen dat dergelijke instellingen er voor altijd zullen blijven, kan niemand geven. Wel geldt ook voor hen dat we er met de commissie op kunnen toezien dat ze in elk geval blijven voortbestaan totdat de transitie is afgerond.”

Het is 1.00 uur ’s nachts en de vergaderzaal van de Senaat stroomt langzaam leeg. Op het podium drentelt staatssecretaris Teeven (Veiligheid en Justitie) besluiteloos heen en weer. Plots draait hij zich abrupt om naar De Vries-Leggedoor en legt zijn hand op haar bovenarm. „Zeg, kan ik ervan uitgaan dat het goed afloopt?”

„Ik ga de fractie positief adviseren”, verzekert De Vries. Nog geen halve minuut later verzekert een glunderende Teeven voor de camera van de NOS dat het kabinet de Jeugdwet binnen heeft.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer