DEN HAAG (ANP). Nederlanders hoeven niet bang te zijn dat hun telefoonnummer opduikt tussen de 1,8 miljoen verzamelde datagegevens die aan de Amerikanen zijn verstrekt. Nederlandse telefoonnummers die tijdens het werk van de inlichtingendiensten wel in beeld kwamen, zijn uit de gegevens gefilterd voordat die werden gedeeld met partnerdiensten, schrijven de ministers Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken en zijn collega Jeanine Hennis-Plasschaert van Defensie in hun brief over de spionagekwestie.
Het gaat volgens hen alleen om „metadata van telefoongesprekken met herkomst en/of bestemming in het buitenland, hieronder begrepen een klein deel sms-verkeer en faxen, op basis van satellietcommunicatie”. Bij de metadata gaat het bijvoorbeeld om het telefoonnummer van de beller en ontvanger en de datum en tijd van het gevoerde gesprek.
„Uitgesloten kan worden dat de 1,8 miljoen metadata Nederlandse telefoonnummers betreft”, stellen Plasterk en Hennis. In oktober vorig jaar was door een publicatie in het Duitse blad Der Spiegel de suggestie gewekt dat de Amerikanen 1,8 miljoen Nederlandse telefoongesprekken hadden afgetapt. Maar na onderzoek bleken de Nederlandse inlichtingendiensten de metadata te hebben verzameld. Volgens de ministers gebeurde dat in het kader van terrorismebestrijding en militaire operaties in het buitenland en mocht dat volgens de wet. De inhoud van telefoongesprekken is volgens hen niet afgetapt.
De ministers kunnen in het openbaar niet zeggen bij hoeveel van de 1,8 miljoen gegevens sprake was van communicatie waarbij in elk geval een van de betrokkenen in Nederland was.