Plasterk moet dinsdag in het Kamerdebat over de zaak „met een heel goed verhaal komen” wil hij de SP nog kunnen overtuigen. „Dit wordt zijn allerlaatste kans. Hij zit in blessuretijd.”

Uit de brief blijkt dat Plasterk en Hennis op 22 november op de hoogte waren van de gang van zaken. Het duurde echter tot vorige week voordat ze de Tweede Kamer informeerden, stelt Van Raak vast.

„Terwijl Plasterk op 30 oktober wel in Nieuwsuur zat. Hij maakte van kletspraat een staatsgeheim. Plasterk heeft aantoonbaar onzin verteld op televisie en in de Kamer om vervolgens net te doen alsof de waarheid een staatsgeheim was. Dat is ongehoord.”

Van Raak had zich voorbereid op een uitgebreide brief van Hennis en Plasterk. Maar hij had „nog geen kopje koffie nodig”, om hun reactie te lezen. „We hebben ministers nodig die de Kamer informeren. Gebeurt dat niet, dan moeten er maar nieuwe ministers komen.”

Van Raak richt zijn pijlen in eerste instantie op Plasterk. Maar ook Hennis is wat hem betreft niet uit de gevarenzone.