Binnenland

Vergrijzing bedreigt Waddeneilanden

Jongeren op de Friese Waddeneilanden Vlieland, Schiermonnikoog, Terschelling en Ameland luiden de alarmklok. De vanzelfsprekendheid van wonen en werken op ‘hun’ eiland dreigt door de krimp van de bevolking en de vergrijzing te verdwijnen.

Bert Monster

3 February 2014 18:43Gewijzigd op 15 November 2020 08:36
Vlieland. beeld ANP
Vlieland. beeld ANP

Toegegeven, het onderzoeksbureau Partoer slingerde vorige week niet louter negatieve berichten de ether in op basis van onderzoek onder jonge eilandbewoners. Zonder uitzondering zijn de jonge respondenten positief over de sociale contacten die ze hebben en de onderlinge band die ze ervaren.

Toch kunnen veel dingen beter, vinden ze. „De jonge mensen zouden graag op een van de eilanden wonen en werken, maar dat blijkt steeds lastiger te zijn”, zegt cultureel antropoloog Wilma de Vries van Partoer. Haar bureau voor sociaaleconomische vraagstukken heeft specifiek onder jonge eilanders gepeild hoe zij denken over de krimp van de bevolking, de vergrijzing en de werkgelegenheid.

De Vries: „De mogelijkheden voor een baan buiten de toeristische sector zijn op de eilanden heel klein. Als jongeren in de sector willen werken waarvoor ze zijn opgeleid, zullen ze hun eiland vaak moeten verlaten. Steeds meer jongeren volgen een hbo- of wo-opleiding. Juist op die niveaus is er slechts een beperkt aantal banen. Ze moeten noodgedwongen werk zoeken aan de wal en verlaten daardoor meestal het eiland.”

Naast het gebrek aan banen, is er nog het probleem van de woningmarkt. „Er is een gebrek aan betaalbare huur- of koopwoningen. Op de huizenmarkt is weinig doorstroming. Dat maakt het voor starters bijna onmogelijk een woning te bemachtigen.” Vooral jongeren op Vlieland en Schiermonnikoog wijken om die reden steeds vaker uit naar het vasteland.

Op de eilanden mag dan weinig werkgelegenheid zijn, op het vasteland zijn er toch voldoende banen? „Natuurlijk is het mogelijk om te forensen”, bevestigt De Vries. „Maar de dienstregeling van de boten naar de overzijde is gebrekkig. De overtocht van Vlieland en Terschelling bijvoorbeeld duurt erg lang. Van Ameland en Schiermonnikoog naar de vaste wal gaat al iets sneller, maar het houdt niet over.”

Het heeft De Vries „verrast” dat respondenten in haar onderzoek zo nauw betrokken zijn bij alles wat er op ‘hun’ eiland, waar ze vaak geboren en getogen zijn, gebeurt. „Daarom is de wens om er te wonen en te werken zo sterk. Veel jongeren nemen bij gebrek aan beter een baan die onder hun niveau ligt om maar op het eiland te kunnen blijven. Niet voor niets wordt weleens spottend gezegd dat er nergens zo veel hoogopgeleide fietsverhuurders zijn als op Terschelling.”

Veryupping

De respondenten in het onderzoek van Partoer maken zich ook zorgen over de veryupping. „Vooral op Vlieland speelt dat probleem”, zegt De Vries. „De afgelopen jaren mikt het eiland met bijvoorbeeld luxere hotels op het hogere segment toeristen. Daar komt bij dat enkele bekende Nederlandse tv-persoonlijkheden een huisje op Vlieland hebben.”

De veryupping heeft ook gevolgen voor het winkelbestand, waarschuwt De Vries. „Autochtone eilandbewoners zitten niet zo te wachten op dure (kleding)-winkels.”

De geleidelijke metamorfose van Vlieland dreigt nog niet over te slaan naar de andere Friese Waddeneilanden, sust De Vries. „Terschelling en Ameland bijvoorbeeld richten zich nog steeds op vooral jonge gezinnen en jongeren.”

In het rapport van Partoer staat ook te lezen dat veel jongeren klagen over het onderwijsaanbod op de eilanden. „Basisonderwijs is er wel, maar middelbare scholieren kunnen alleen voor het vmbo en onderbouw havo en vwo op de eilanden terecht. Voor bovenbouw havo en atheneum moeten ze verplicht naar de vaste wal. Daardoor moeten sommige scholieren al op jonge leeftijd –15 jaar is geen uitzondering– op het vasteland op zichzelf wonen of bij een ander gezin in de kost.”

Ouders van zeer jonge scholieren zijn daarin heel inventief, weet De Vries. „Soms huren ze met elkaar op het vasteland woonruimte waarin hun kinderen doordeweeks wonen. De ouders verblijven er om de beurt een weekje. De problemen worden echter nog groter als op een gegeven moment alle kinderen uit een gezin eilandbewoners naar de middelbare school gaan. Het gezin dreigt uit elkaar te vallen. Vaak zie je dat in zo’n geval complete gezinnen het eiland achter zich laten en min of meer noodgedwongen op het vasteland een woning betrekken.”

De gevolgen van het wegtrekken van (jonge) gezinnen zijn groot, waarschuwt De Vries. „Scholen op de eilanden krijgen steeds minder leerlingen. Door de vergrijzing dalen ook de leerlingprognoses, want er worden minder kinderen geboren. Het verenigingsleven zakt in.”

Flexibilisering

De vraag dringt zich op wie of wat de vergrijzing en de leegloop van de eilanden moet keren. „Allereerst zouden de boten naar de wal vaker, sneller, goedkoper en zonder vertragingen moeten varen”, meent De Vries. „Eilanders die op het vasteland een baan hebben, kunnen op die manier hun werk beter combineren met het wonen op de Waddeneilanden. Bovendien kunnen ze dan makkelijker deelnemen aan sociale of culturele activiteiten –concert, theatervoorstelling– die het eiland hun niet biedt.”

Kansen biedt volgens De Vries ook de flexibilisering van arbeid. „Zo zouden werkgevers hun mensen die op een eiland wonen meer mogelijkheden kunnen geven een dag of meerdere dagen thuis te werken.”


„Rust en vrijheid op Ameland”

Marijn Oud (26) is geboren en getogen op Ameland en woont met zijn vrouw (geboren in het Friese Dokkum) en dochtertje in Buren, een dorpje op Ameland.

„Ik werk bij de provincie Friesland. Drie dagen per week reis ik naar Leeuwarden, de vierde werk ik thuis. ’s Morgens neem ik de boot van 08.30 uur, ’s middags die van 17.30 uur. Met een beetje geluk ben ik om halfzeven weer thuis. Op de boot heb ik gelukkig een goede wifiverbinding, waardoor ik tijdens de overtocht alles bij elkaar een uur kan werken.

Het forenzen naar de wal is niet fijn, maar het went wel. Als scholier woonde ik doordeweeks al vanaf mijn zestiende op het vasteland. Eerst in de kost, later met leeftijdsgenoten.

Mijn vrouw komt uit Dokkum. Ze heeft een vaste baan op Ameland. Daarom hebben we samen de keuze gemaakt op het eiland te blijven wonen. Mijn familie woont voor het grootste deel ook op Ameland. De familie van mijn partner woont deels in de provincie Friesland, maar ook in Brabant.

We hebben het op Ameland goed naar onze zin. Ik doe niets af aan de signalen die jongeren afgeven in het rapport van Partoer, maar er zijn op de eilanden ook veel goede dingen. De omgeving is prachtig. De rust, de vrijheid, de natuur. Daarnaast is het sociale leven er goed. Op Ameland wordt voor de eigen bewoners veel georganiseerd.

Na de dagelijkse trip naar het vasteland voelt de terugkeer op ‘mijn’ eiland altijd als een thuiskomen. Dat is heerlijk.”


Streekagenda Friesland

Aanleiding voor het onderzoek van Partoer is de voorbereiding van de Streekagenda Waddeneilanden voor de periode 2014-2020.

Vanaf dit jaar werkt de provincie Friesland samen met de Friese gemeenten, Wetterskip Fryslân, maatschappelijke organisaties en inwoners aan de ontwikkeling het Friese platteland met een nieuwe aanpak: de Streekagenda, een cluster van projecten van en voor de streek. Door een goede samenwerking en duidelijke afspraken met de partijen in de streek, moet Friesland ook in de toekomst een provincie blijven waarin het goed boeren, wonen, werken en recreëren is en waarin landschap en natuur goed tot hun recht komen.

Jongeren zijn belangrijk voor de toekomst. Zij werden echter bij de informatieavonden op de eilanden gemist. Om alsnog de stem van jongeren te horen is Partoer ingeschakeld.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer