Ds. Antony Simon: Predik het Evangelie, ook in Israël
Hij groeide op binnen de Joodse gemeenschap in Manchester, na Londen de grootste van Engeland. „Manchester telt nog altijd zo’n 40.000 Joden.” In elk opzicht Joods voelde hij zich niet, maar seculier evenmin. Wél was Antony Simon „fel antichristelijk.”
Het Nieuwe Testament, zegt de inmiddels 49-jarige Messiasbelijdende voorganger, „was voor mij een boek dat leerde: Haat de Joden, dood hen. Ik dacht ook dat christenen ons haatten, gezien alles wat zij ons in het verleden hebben aangedaan – de kruistochten, de inquisitie. Ik wist niet dat de boodschap van het Nieuwe Testament een totaal andere is, wist ook niet dat het een Joods boek is en dat de apostelen Joden waren.”
In theehuis RozemAarrie in Arrien, een buurtschap bij Ommen, doet de Jeruzalemse pastor zijn verhaal. „Op een gegeven moment kwamen mensen van een Amerikaanse organisatie in Manchester om ons –zo zag ik het– te bekeren. Ik was boos, wilde hen te lijf gaan. Ik geloofde niet dat zij het recht hadden om ons over het Evangelie te vertellen.”
Gesnurk
Simons houding ten opzichte van het christendom veranderde toen hij, op 18-jarige leeftijd, voor de tweede keer naar Israël ging om in een kibboets te werken. „Ik deelde mijn kamer met een Amerikaan, die bijzonder hard snurkte. Ik kon echt niet slapen. Hij is toen ergens anders heen gegaan, en ik kreeg een nieuwe maat, ook een Amerikaan, een christen.” Met een glimlach: „Ik dank God nog altijd voor het gesnurk.”
Eindeloos discussieerden de twee over „het Oude Testament, de profetieën, Israël, de toekomst. Ik was bijzonder geïnteresseerd in de Bijbel. Want al had ik op Joodse scholen gezeten en Joods onderwijs gevolgd, ik wist daar erg weinig vanaf. Maar op een keer las mijn maat Psalm 22, en betrok die op de kruisiging van Jezus. Ik dacht dat het om een stuk uit het Nieuwe Testament ging, en werd een beetje boos op hem. Ik zei dat ik als Jood niets wilde horen over Jezus. De Amerikaan vertelde toen dat het hier om Psalm 22 ging. Hij las ook andere gedeelten uit het Oude Testament voor, profetieën onder andere. Langzamerhand ben ik er toen van overtuigd geraakt, compléét van overtuigd geraakt, dat Jezus de Messias is. Daar heeft zelfs een rabbijn van een rabbijnenschool nog een rol in gespeeld: hij kon mijn vragen hierover niet goed beantwoorden. In 1982 heb ik me toen bekeerd, en ben ik tot het geloof in de Heere Jezus gekomen.”
Hoe reageerden uw vader en moeder?
„Zij waren er bepaald niet blij mee; mijn hele familie trouwens niet. Mijn vader zat in het zakenleven, verdiende veel geld. Mijn moeder –een fanatiek bridger– durfde in haar omgeving niet meer te vertellen wat ik eigenlijk zoal deed.
Maar ik heb een en ander toen op papier gezet, dat gekopieerd en bij alle Joodse woningen in Manchester in de bus gedaan. Waarop er stukjes in de krant verschenen – dat ik gek was en zo. Maar op zulke momenten dacht ik aan de Heere Jezus, van Wie ze dat ook hadden gezegd: Hij is niet goed, Hij heeft de duivel. Dat bemoedigde me dan weer. En: als mensen me vroegen of ik inderdaad een gelovige was geworden, gaf me dat ook weer een aanleiding om het Evangelie te verkondigen.”
Uiteindelijk verliet Antony Simon de Joodse gemeenschap in Manchester. Na verschillende kerken te hebben bezocht, raakte hij in Londen geleidelijk aan „overtuigd van de gereformeerde theologie.” In die tijd trad hij ook in het huwelijk met Donna, een Schotse, geboren in Edinburgh. „In 1990 zijn we naar Israël verhuisd.”
In Jeruzalem richtte het voorgangersechtpaar zich in eerste instantie vooral op Russische immigranten. „We deelden formulieren uit waarmee zij Bijbels konden bestellen. Uiteindelijk konden we starten met bijeenkomsten.”
Groot is zijn gemeente nog altijd niet. „Op zaterdag komen we met zo’n 25 man samen. We zijn dus heel klein – maar tegelijk heel actief. We gaan de straat op, staan in Tel Aviv op de boerenmarkt, proberen contacten te leggen met Joden, moslims, maar ook –bijvoorbeeld– rooms-katholieken. En een paar keer per jaar probeer ik naar een land als Irak, Egypte of Jordanië te gaan.”
Ds. Simon, die toch al niet langzaam spreekt, raakt duidelijk op dreef, zijn woorden ondersteunend met handgebaren. „Predik het Evangelie, overal. Wij moeten uitgaan, onze mond opendoen, mensen vertellen over het Evangelie. In Nederland heb je veel grote kerken, zijn mensen vaak erg actief binnen de gemeente – maar daarbuiten niet. In een preek in een Nederlandse gemeente heb ik gezegd: „Als u nu de koning van Nederland hebt ontmoet, Willem-Alexander, zou u dan vervolgens niet tegen iedereen gaan zeggen: Ik heb de koning ontmoet? En in de kerk gaat het over Jezus, de Koning der koningen, de Heere der heren.”
In brand
Maar hier ligt een probleem, constateert hij. „Altijd maar denken we: wat zouden andere mensen daarvan vinden? Maar het gaat er toch om wat God ervan vindt? Als we steeds vrezen voor wat anderen vinden, gebeurt er niets. Maar als we doen wat God wil, zullen er ook dingen veranderen. Dan verkondigen we het Evangelie, of zeggen we: Dit of dat is niet goed! Israël is een zeer seculier, zeer liberaal land – zie de ontwikkelingen ten aanzien van huwelijk en gezin, homoseksualiteit, de abortuswetgeving. Israël heeft de christelijke waarden, het Woord van God nodig.
Steeds meer kerken in Engeland en de Verenigde Staten ontkennen de werkelijkheid van de eeuwige straf in de hel. Zij geloven niet meer in de hel. En ergens kan ik dat nog wel begrijpen, maar als we íéts verstaan van Wie God is, dat Hij een heilig God is, en we de realiteit van de hel gaan erkennen, dan zullen we bij onze medemensen gaan aankloppen en hen toeroepen: Je huis staat in brand!”
Daarin is er voor Joden ook geen andere Weg dan voor „christenen uit de heidenen”, vervolgt de pastor. „Ook Joodse mensen kunnen alleen door het geloof in Christus zalig worden. De apostel Paulus zegt: „Eerst de Jood…” en: „Het gebed dat ik tot God voor Israël doe, is tot hun zaligheid.””
In dit licht, zegt ds. Simon, „ben ik vaak ook niet blij met de activiteiten van zionistische organisaties zoals Christenen voor Israël of de Christelijke Ambassade in Jeruzalem. Ik kan er werkelijk niet bij dat je zó veel geld besteedt aan een windmolen in Jeruzalem of een menora in Nederland. Pure verkwisting. Laat Christenen voor Israël die half miljoen euro besteden aan Bijbels, Nieuwe Testamenten. Dát heeft het Joodse volk nodig.”
Tegelijkertijd: waar Israël steeds meer in de verdachte hoek komt te staan, blijft bijvoorbeeld Christenen voor Israël het land voluit steunen.
„Ik wil ook niet zeggen dat ik dat niet waardeer. Maar Israël heeft meer nodig. Israël heeft de Heere Jezus nodig.”
De Israëlische ambassadeur in Den Haag toonde zich onlangs erg geraakt door de steun van zo’n veertig pro-Israëlorganisaties in het huidige tijdsgewricht.
„Begrijp me goed: ik houd van Israël, ben pro Israël. Maar bij Christenen voor Israël zie je een variant op de klassieke vervangingstheologie: Jezus is vervangen door Israël. Natuurlijk is de ambassadeur ontroerd. Maar als deze veertig organisaties over Jezus hadden gesproken, over het Evangelie, dan zou hij beslist níét onder de indruk zijn geweest.”
Nogal eens worden in dit verband de woorden uit Jesaja 40 aangehaald: Troost, troost Mijn volk.”
„Het enige wat –ook– het Joodse volk nodig heeft, is de troost waarover de Heidelbergse Catechismus spreekt: Wat is uw énige troost, beide in leven en in sterven?”
Als het hierover gaat, zegt ds. Simon, „hebben we in Israël ook dringend behoefte aan een goede vertaling van het Nieuwe Testament, in modern Hebreeuws. Er is wel een vertaling, van Delitzsch, en een rooms-katholieke vertaling. Gelukkig is de TBS in Engeland daar op dit moment mee bezig, in samenwerking met ons als ”reformed pastors”. Maar wat mij betreft: laat christenen dáár hun giften voor Israël aan besteden.”
Ds. Antony Simon
Ds. Antony Simon (49) is voorganger van de gemeente Kol ba’Midbar –stem in de woestijn– in het centrum van Jeruzalem. De kleine gemeente kan getypeerd worden als een reformatorische baptistengemeente. „We weten ons verbonden aan de, zoals we dat in Israël noemen, Reformed Fellowship.” De predikant neemt deel aan de zogeheten Reformed Pastors Meeting, een regelmatig overleg van „gereformeerde voorgangers” in Israël, onder wie ds. David Zadok van de Grace and Truthgemeente in Kanot en drs. Maarten Dekker, Israëlwerker namens de Gereformeerde Gemeenten in Nazareth-Illit. Zij werken onder andere aan een gezamenlijke geloofsbelijdenis.
Ds. Simon en zijn –niet-Joodse– vrouw Donna hebben drie kinderen (twee zoons en een dochter), in de leeftijd van 21 tot 25 jaar.
>> voice-wilderness.com
Yachad
Ds. Antony Simon en zijn vrouw waren vorige week in Nederland op uitnodiging van de commissie Yachad binnen de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt (GKV). Maandag keerde het echtpaar terug naar Israël.
De GKV hebben het contact met Israël gedelegeerd aan de gkv Ommen-West, die hiervoor de commissie Yachad (Hebreeuws voor ”samen”) in het leven heeft geroepen. De classis Ommen steunt een aantal projecten van ds. Simon financieel.
Vorig jaar heeft de classis besloten deze steun af te bouwen, „omdat ook zij van mening is dat het Israëlwerk meer landelijk gedragen zou moeten worden”, zo valt te lezen op de website van Yachad. De generale synode van de GKV, die zaterdag van start gaat, zal zich buigen over een voorstel om een deputaatschap voor de relatie tussen kerk en Israël op te richten.
Lees ook: