De gemeente heeft vrijdag laten weten dat zij de bewoners anders een dwangsom oplegt, aldus wethouder F. de Lange (Volkshuisvesting). De Raad van State stelde vorige maand dat Harderwijk terecht optreedt tegen de permanente bewoning.

„We hebben de bewoners de tijd gegeven om juridisch hun gelijk te halen. Minister Dekker stelde eerder dat gemeenten beleid moeten maken en zich daar ook aan moeten houden. Daar zijn we in Harderwijk dus helder in”, zegt de wethouder.

De dwangsom bedraagt 2200 euro per vier weken per bewoner en kan oplopen tot ruim 22.000 euro. Bewoners die voor 21 januari door middel van een koop- of huurcontract kunnen bewijzen dat ze op korte termijn een andere hoofdwoning hebben, ontlopen de dwangsom.

Harderwijk probeert al sinds september 1997 de permanente bewoning te beëindigen. Dat leidde tot felle protesten van bewoners van drie recreatieparken. De vaste bewoners van park Slenck & Horst en een bewoonster van park Het Verscholen Dorp gingen eerder tevergeefs in beroep bij de rechtbank in Zutphen en daarna bij de Raad van State tegen een beslissing van de gemeente om dwangsommen op te leggen.