Vrijwel de hele oppositie had geëist dat Weekers zijn woorden, vorige week geuit in de media, terugnam. De bewindsman zei toen dat het niet tijdig uitbetalen van huur-, zorg- of andere toeslagen veroorzaakt is doordat mensen niet of niet op de juiste manier reageerden op informatieverzoeken van de Belastingdienst.

„Ik ben de laatste die mensen wil beschuldigen”, zei de VVD-bewindsman woensdag. Als mensen bij de Belastingdienst op problemen zijn gestuit, „is een excuus op zijn plaats”.

Veel mensen zijn van goede wil geweest, benadrukte Weekers in het Kamerdebat. De enigen die zich wel aangesproken moeten voelen door zijn opmerkingen van vorige week, zijn de mensen die een brief hebben gekregen van de Belastingdienst, maar daar niet op hebben gereageerd.

De kwestie draait om de invoering van één bankrekeningnummer voor iedereen die belasting betaalt of toeslagen ontvangt. Om fraude te bemoeilijken heeft Weekers eerder met de Kamer afgesproken dat iedereen in de communicatie met de Belastingdienst nog maar één bankrekeningnummer mag gebruiken.

Bij de overgang naar dit nieuwe systeem is sprake van „aanloopproblemen”, gaf Weekers dinsdag al toe. Woensdag zei hij: „Dit vergt een enorme inspanning van de Belastingdienst. In sommige gevallen gaat het niet meteen goed, ik ben de eerste die dat erkent.”

Kamerleden verweten de VVD-bewindsman dat hij niet op tijd aan de bel heeft getrokken over de problemen. Ook zouden er bij het aanscherpen van het antifraudebeleid fouten zijn gemaakt. Weekers werd in het debat wel gesteund door de coalitiepartijen VVD en PvdA.

Circa 100.000 mensen hebben hun huur-, zorg- of andere toeslagen niet op tijd ontvangen. Een aantal van hen is daardoor in financiële problemen gekomen.