Net als bij de brand in Laerdalsoyri op 19 januari „vechten circa 100 brandweermannen een moeilijk te winnen slag met vlammen van soms tientallen meters hoog”, schetst een woordvoerder.

Ook nu maakt enorm harde wind, de uitval van de elektriciteit en van het telefoonnet het de hulpdiensten moeilijk. Ze kunnen alleen maar met elkaar communiceren via enkele vaste telefoonaansluitingen. Er is geen mobiel noodnet.

De brand begon door een vonk van een hoogspanningsmast. Daardoor vatte een huis in de woonkern Uran vlam. Het vuur verspreidde zich in enkele uren westwaarts over de oevers van een fjord naar Hårstad, Småvaeret en Hasvåg. Dat is een afstand van 5 tot 6 kilometer in twee richtingen.

Er zijn vooralsnog geen doden of gewonden gevallen. De 33 permanente bewoners die in het gebied waren, zijn ongedeerd. De veelal houten vissershutjes en voor Noren tweede huizen trekken veel seizoensbewoners. De Noorse hulpdiensten willen blushelikopters inzetten, maar door de wind die oploopt tot orkaankracht, kunnen die niets ondernemen. De strijdkrachten hebben een schip van de kustwacht met blusmateriaal naar Flatanger gestuurd dat in de avond moet aankomen. De Noorse minister van Justitie en Crisisbeheersing is dinsdagmiddag in de getroffen plaats gearriveerd. De brand lijkt nog lang niet onder controle.