Eis: 18 maanden voor misbruik stiefdochter
Het Arnhemse gerechtshof heeft dinsdag achttien maanden gevangenisstraf geëist tegen de 59-jarige W. B. uit Kampen, die zijn stiefdochter seksueel zou hebben misbruikt.
De man houdt vol dat de aangeefster alleen uit is op een schadevergoeding en op het behouden van haar geloofwaardigheid. „We hadden een prachtige relatie. Nu zit ze in de problemen, wil ze me niet meer zien en is ze bang dat mensen haar als leugenaar bestempelen”, sprak B. dinsdag bij het Arnhemse gerechtshof. Eerder al veroordeelde de Zwolse rechtbank de man tot vijftien maanden gevangenisstraf.
De stiefdochter zegt tussen 1998 en begin 2002 meerdere malen door de Kampenaar te zijn verkracht. De vrouw woonde in die periode tijdelijk in bij de 59-jarige en zijn toenmalige echtgenote. Volgens de aangeefster begon het misbruik op haar zeventiende. De Kampenaar geeft toe dat er tussen de twee op seksueel gebied het een en ander gebeurde, „maar dat was nooit gedwongen.”
Bij de politie verklaarde het slachtoffer meer dan tien keer seksueel te zijn betast. Later, bij het verhoor door de onderzoeksrechter, kwam de vrouw gedeeltelijk op die verklaringen terug. De advocaat van de Kampenaar noemde het relaas ongeloofwaardig en pleitte voor vrijspraak.
De Kampenaar vermoedt waarom de vrouw aangifte deed. „In januari vorig jaar stelde ze mij voor om bij haar en haar vriend in te komen wonen. Ik vond dat ik dat echt niet kon maken en heb de relatie verbroken. Ik denk dat ze daar boos over was en daarom aangifte deed. Later vertelde ze tegen anderen dat ze de rechtszaak wel moest doorzetten, omdat ze anders door niemand meer zou worden geloofd.” Bovendien zou de aangeefster inmiddels in financiële problemen zitten en heeft ze belang bij een schadevergoeding.
De Zwolse rechtbank veroordeelde de verdachte eerder tot het betalen van 1500 euro aan het slachtoffer. Dit bedrag eiste de advocaat-generaal dinsdag opnieuw. Daarnaast ging hij boven het opgelegde vonnis van de rechtbank uit: achttien maanden cel. In eerste aanleg was door de officier van justitie nog twee jaar geëist, maar dat vond zijn collega bij het hof te ver gaan. Hij vond wel dat er sprake was geweest van een verkrachting en twijfelde niet aan de aangifte.
De uitspraak is op 16 december.