In de Kaukasus vechten islamisten en separatisten al jaren tegen het centrale gezag in Moskou. De radicale Tsjetsjeense moslimleider Dokoe Oemarov had opgeroepen tot aanslagen om de Olympische Winterspelen in Sotsji in februari te verstoren. Volgograd ligt op zo’n 700 kilometer van Sotsji.

Tv-station RT meldde dat Oksana Aslanova de aanslag zou hebben gepleegd, een vrouw die sinds juni 2012 wordt gezocht. Zij zou banden hebben met mensen uit Dagestan die in oktober een aanslag pleegden in Volgograd.

De terroriste blies zich niet ver van metaaldetectors bij de ingang op. Het was druk op het station van de stad met ruim 1 miljoen inwoners, omdat veel mensen op pad waren in verband met de vakantieperiode rond Nieuwjaar en het orthodoxe kerstfeest op 7 januari.

Volgens het Russische ministerie van Binnenlandse Zaken had het dodenaantal echter nog veel hoger kunnen liggen. De politie zag namelijk dat de vrouw zich verdacht gedroeg en hield haar tegen toen zij de centrale hal wilde betreden. Daarop ontplofte het explosief bij de ingang en bleven zo waarschijnlijk veel levens gespaard, aldus een woordvoerder. Maar omdat de bom stukjes metaal bevatte die na de ontploffing in het rond vlogen, vielen wel meer slachtoffers dan bij een ‘gewoon’ explosief. Er brak paniek uit na de explosie.

De Russische president Vladimir Poetin heeft zondag opdracht gegeven de veiligheidsmaatregelen in het land te verscherpen. Hij heeft de slachtoffers van de aanslag „onbureaucratische” hulp toegezegd. Het Kremlin heeft veilige winterspelen beloofd. ‘Sotsji’ wordt beschouwd als een prestigeproject van Poetin.

NAVO-secretaris-generaal Anders Fogh Rasmussen noemde de aanslag een „barbaarse daad”. EU-president Herman Van Rompuy veroordeelde de „gruwelijke terreuraanval” en sprak zijn solidariteit uit met de regering en het volk van Rusland.