Kerk & religie

Vergeten

Psalm 45:11 en 12

20 December 2013 08:00Gewijzigd op 15 November 2020 07:48

„Hoor, o Dochter, en zie, en neig uw oor, en vergeet uw volk en uws vaders huis; zo zal de Koning lust hebben aan uw schoonheid; dewijl Hij uw Heere is, zo buig u voor Hem neder.”

De kerk van Israël moest haar volk en haars vaders huis vergeten. Maar ondertussen moeten we wel constateren dat de kerk uit Israël zeer grote heerlijkheden van Abraham heeft geërfd, zoals de Messias en in de zegen de erfenis der heidenen.

Deze werden haar geschonken volgens de belofte van het Nieuwe Testament aangaande de Messias. En in Hem ging de zegen over al de geslachten der aarde. Deze weldaden –de erfenis die van Abraham afdaalde– mochten zij absoluut niet vergeten. Alleen dat wat kon verouderen en verdwijnen mochten zij vergeten: „Vergeet uw volk…”

Vergeten staat tegenover gedenken. Gedenken betekent een bezigheid van liefde en zorg om zaken of personen in waarde te houden. Vergeten wil zeggen: ophouden om in liefde te gedenken.

Zo wordt het van God gebruikt (Ps. 77:10): „Heeft God vergeten genadig te zijn?” Dat is: „Houdt God nu op genadig te zijn?”

Over Israël klaagt God (Jer. 2:32): „Mijn volk heeft Mij vergeten.” Dat betekent: zij hebben opgehouden Mij te beminnen, te eren en te vrezen.

Hier wordt de kerk bevolen haar volk en het huis van haar vader te vergeten. Dit geeft aan dat zij haar liefde en achting moest aftrekken van haar familie en ook van alle vleselijke uitwendige voordelen, zoals de uitwendige afkomst van Abraham en de hele schaduwdienst van het Oude Testament.

Frederik van Houten, predikant te Amsterdam (”Geestelijk huwelijksverzoek”, 1713)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer