Buitenland

Coördinator Kempsell van MAF-basis Z-Sudan: Ik houd van chaos

De uitgestrekte vlakten van Noordoost-Zuid-Sudan, waar duizenden vluchtelingen zijn neergestreken én het ommuurde hoofdkwartier van de MAF in de Zuid-Sudanese hoofdstad Juba, zo’n 600 kilometer zuidelijker. Een groter contrast tussen die twee locaties lijkt ondenkbaar.

14 December 2013 16:42Gewijzigd op 15 November 2020 07:41
Kempsell. beeld Jaco Klamer
Kempsell. beeld Jaco Klamer

Toch zij ze nauw op elkaar betrokken, want zonder de vluchten van de MAF-toestellen van en naar deze uithoek kunnen de artsen, verplegers, ingenieurs en ander hulpverleners van bijvoorbeeld de christelijke hulporganisatie Medair hun werk onder de mensen wel vergeten.

In de kantoortjes op het ommuurde terrein van de MAF worden die belangrijke vluchten gepland, passagiers checken er in, bagage wordt er ingeladen en vliegers krijgen er de laatste gegevens door. Vervolgens vertrekt vandaaruit de complete karavaan naar de luchthaven buiten de stad, per busje en zonder file een kwartier rijden.

Touwtjes

Twee attributen vallen op de MAF-basis direct op. Dat is de kaart van Zuid-Sudan met daarop de vluchten gepland en dat gebeurt met gekleurde touwtjes, strak gespannen met punaises. Hier dus geen gelikte digitale borden maar een eenvoudig houtje-touwtjesysteem. Net zo flexibel en: minder kwetsbaar voor de capriolen die het plaatselijk stroomnetwerk af en toe maakt.

Een ander opvallend voorwerp is de weegschaal waarop niet alleen de bagage wordt gewogen maar ook de passagiers, en dat is altijd goed voor enige hilariteit: wanneer ieders gewicht onverbiddelijk en voor iedereen zichtbaar wordt aangegeven met de grote wijzer.

Stephen Kempsell is op de basis coördinator grondoperaties en kan wel lachen om die weegschaalvrees onder te corpulente passagiers. Zelf heeft hij wel wat anders aan zijn hoofd om zich druk over te maken. De functie van de 35-jarige Brit laat zich het best omschrijven als de man die alles regelt wat voorafgaat aan een vlucht en wat ter afronding ervan geregeld moet worden.

En dat is nogal wat, omdat meestal geen enkele dag verloopt zoals was voorzien. Vluchten coördineren in een land waarin Nederland twaalf keer past en waar start- en landingsbanen vaak meer weghebben van een gladgestreken grindpad, dat is even hectisch als een vlucht met zware turbulentie.

De oud-medewerker van een bank in hartje Londen glimlacht opnieuw als hem wordt gevraagd hoe hij dat volhoudt. „Ik houd van hectiek en chaos.”

„Natuurlijk zijn er dagen dat ook ik naar de kaart aan de muur staar met de vraag hoe ik de ene verlate vlucht na de andere moet rechtbreien, maar dan zijn er altijd wel weer momenten die dat goed maken. Als er ’s ochtends vliegtuigen mooi op tijd binnenkomen en ik sta ze in het zonnetje op te wachten. Dan geniet ik.”

Bekijk hier de website van de RD-actie.

RD-actie is ook actief op Facebook en Twitter.


De term WASH is bij Medair op ieders lippen

Veel levensreddend werk in het vluchtelingenkamp Batil, in het noordoosten van Zuid-Sudan, is samen te vatten met één simpel woord: WASH. De letters staan voor water, sanitair en hygiëne en met die termen zijn drie thema’s aangegeven die in het gebied schaars zijn, terwijl ze voor het leven van mensen –kinderen en moeders voorop– juist zo ongelofelijk belangrijk zijn.

Smerig drinkwater en slechte hygiëne veroorzaken immers tal van ziekten, of ze zorgen voor de snelle verspreiding ervan. Waterbouwkundig ingenieur Peter Whitacker (35) heeft zijn leven lang al iets met drinkwater en hij weet zich door God geroepen om zich als specialist in te zetten voor de ontheemden in Batil en omgeving – en dat zijn zowel de vluchtelingen in het kamp als de teruggekeerde Zuid-Sudanezen daarbuiten. „Een kleine 40.000 mensen zitten hier midden in de wildernis en nergens is een rivier in de buurt. Dan zijn waterputten van levensbelang”, zegt Whitacker.

Op een diepte van tussen de 100 en 200 meter is in de bush rond Batil volop schoon water beschikbaar: een goudmijn voor de inwoners en daarom trekt Whitacker er regelmatig op uit om waterpompen aan te leggen. Inmiddels kunnen de inwoners van het Batilkamp zo’n 900.000 liter water per dag consumeren.

Om het water ook bovengronds schoon te houden trekken hygiëneteams met enige regelmaat langs de tenten om bewoners te leren hoe ze dat moeten doen. Vooral vieze kinderhandjes moeten van het water afblijven. Verder zet Whitacker desinfecterend chloor in om het gouden goedje van ziektekiemen vrij te houden.

De oorzaak van ziekten zit vaak in kleine dingen. Het voorkomen ervan gelukkig ook.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer