Uit de statistieken blijkt dat tussen 1998 en 2001 100 tot 125 Belgische bestuurders betrokken waren bij alle ernstige verkeersongelukken die daar in die periode plaatsvonden. Van de 523 ongevallen waarbij ziekenhuisgewonden vielen, was in 114 gevallen sprake van betrokkenheid van een Belgische bestuurder.

Bij de dodelijke slachtoffers ging het om 12 van de in totaal 54 verkeersdoden. De betrokkenheid van Nederlanders bij zware verkeersongelukken in België blijkt mee te vallen. Dit ondanks het feit dat Nederlanders ook niet altijd op de juiste wijze over Belgische kruispunten rijden met verkeerslichten, waarbij verschillende voorrangsregels gecombineerd worden. Gegevens van het Belgisch Instituut Voor de Verkeersveiligheid (BIVV) tonen aan dat slechts 1215 Nederlanders betrokken waren bij ongevallen in België, op een totaal van 72.847 bestuurders.

Verschillen in verkeersregels liggen vaak ten grondslag aan gevaarlijke verkeerssituaties en ongevallen. Zo gebeurt het regelmatig dat groepjes Belgische wielrenners over de provinciale wegen rijden. In België mogen groepen van vijftien of meer personen over de weg fietsen in plaats van over het fietspad. Een andere verwarrende regel is dat als een bestuurder van rechts in België om welke reden dan ook stil gaat staan, hij zijn voorrang kwijt is.

Om ongelukken met dit soort oorzaken te verminderen wordt overwogen een campagne te starten om de verschillen in regels duidelijk te maken.