‘Weg met de Castro-communistische regering’ klinkt het voortdurend op het sociale medium Twitter. Volgens de tegenstanders van de regering loopt president Maduro aan de leiband van de gebroeders Castro in het communistische Cuba.

Maduro is sinds hij de verkiezingen op 14 april won in functie. Hij is de opvolger van de overleden charismatische president Hugo Chávez, die hem zelf naar voren had geschoven. Van Chávez erfde hij een economie in crisis. De prijzen van met name importproducten zijn flink gestegen en het volk mort. Er is schaarste van met name kip, melk, meel, bakolie en toiletpapier.

Het parlement waar Maduro’s partij de PSUV de meerderheid heeft, heeft een wet aangenomen waardoor de president per decreet kan regeren. Ongeveer tegelijkertijd verplichtte hij winkeliers om hun prijzen te verlagen. Hij beschuldigde hen van prijsspeculatie. Vervolgens stonden ellenlange rijen met mensen die eindelijk een goedkope televisie konden kopen voor de winkels; sommige werden geplunderd. Vriend en vijand zijn het erover eens dat de president de situatie niet aankan.

Volgens de oppositie heeft Maduro de verkiezingen door fraude gewonnen. Bij hen is het bezoek van koning Willem-Alexander op 23 november in slechte aarde gevallen. De oppositie ziet het als een legitimatie van een „illegale regering”.

Maar volgens de Nederlandse vertaler en schrijver Adriaan van Ginkel, die al 9 jaar in de hoofdstad Caracas woont, is de oppositie ook geen optie. „De oppositie is in de woorden van mijn Venezolaanse vrouw verrot, een hoofdoorzaak waarom Chávez al die jaren is blijven zitten met zijn wanbeleid.” Het echtpaar ziet de toekomst in Venezuela somber in en heeft plannen om definitief te vertrekken. Volgens Van Ginkel wordt de positie van Maduro niet alleen bedreigd door de oppositie; ook binnen zijn eigen gelederen zouden mensen wachten op een kans om hem af te zetten.

In ieder geval zijn weer protesten aangekondigd tegen de regering, op de verkiezingsdag van 8 december en op maandag 9 december.