Ziekenhuis in het donker
Duisternis in de lange gangen, machines vallen stil, patiënten moeten handmatig worden beademd. Voor ziekenhuizen is het uitvallen van het elektriciteitsnet én de noodgeneratoren, zoals maandagavond in het Westfries Gasthuis in Hoorn gebeurde, een schrikbeeld.
De Inspectie voor de Gezondheidszorg blijkt niet over een overzicht van dergelijke incidenten te beschikken. De afgelopen jaren kwamen echter meerdere ziekenhuizen in de problemen. Zolang er geen slachtoffers vallen en er geen gezondheidsschade ontstaat, blijft het slechts ongemak. Maar risicovol is het wel.
In december vorig jaar moesten enkele patiënten op de afdeling intensieve zorg van het Dijkzigt Ziekenhuis in Rotterdam handmatig worden beademd, doordat tijdens een stroomstoring het noodaggregaat een klein halfuur buiten werking was. Er waren enkele operaties aan de gang, maar op de operatiekamers werkten de noodvoorzieningen wel.
In juli vorig jaar sloeg de bliksem in bij het ziekenhuis Twenteborg in Almelo. Als gevolg hiervan viel de stroom uit. Ook het noodaggregaat weigerde dienst. Door snel optreden bleven ongelukken uit.
In januari 2000 zat de afdeling intensieve zorg van ziekenhuis De Heel in Zaandam anderhalf uur zonder elektriciteit. Doordat een hoofdschakelaar ontplofte, kon de noodstroom de afdeling niet bereiken. Vier patiënten werden handmatig beademd, waarna de beademing werd voortgezet met behulp van perslucht van de brandweer. Vier operaties konden worden afgerond door gebruik te maken van accu’s.
Bij de jaarwisseling 1999/2000 plaatsten ziekenhuizen extra aggregaten voor het geval de computerapparatuur tijdens de millenniumwisseling ook de noodgeneratoren zou uitschakelen. In september 1999 moest het streekziekenhuis in Hardenberg twee operaties afbreken wegens een stroomstoring. Het noodaggregaat, dat de elektriciteitsvoorziening moest overnemen, weigerde twintig minuten lang dienst.
Een brand in een stroomvoorzieningskast legde in december 1998 het elektriciteitsnet in het IJssellandziekenhuis in Capelle aan den IJssel plat. Drie patiënten werden ijlings met ambulances naar andere ziekenhuizen overgebracht. Een jaar eerder moest het VU-ziekenhuis in Amsterdam 23 volwassenen op de intensive care en elf couveusekinderen een uur lang handmatig beademen. Bezoekers hielpen de verpleegkundigen daarbij. Overschakelen op het noodaggregaat was niet mogelijk: door een stroomstoring op een nabijgelegen spoorwegemplacement kon het ziekenhuisaggregaat zichzelf opblazen als het in gebruik werd gesteld.
Bij een grote stroomstoring in Midden-Nederland in juni 1997 had het Academisch Ziekenhuis Utrecht problemen met het opstarten van een van de noodaggregaten. De andere hospitalen hadden geen moeilijkheden. Accu’s vingen de stroomuitval volautomatisch op. Zij kunnen langdurig stroom leveren en ziekenhuizen hebben daarvoor een forse hoeveelheid brandstof op voorraad.
Directeur P. Boogaard van het Regionaal Patiënten Consumenten Platform in Noord-Holland plaatste dinsdag kanttekeningen bij de uitspraak van het ziekenhuis in Hoorn dat geen acuut gevaar is ontstaan voor patiënten door de stroomstoring. „Veel infusen zijn aangesloten op het elektriciteitsnet. Wat de gevolgen voor de patiënten zijn geweest die aan het infuus lagen, is volgens mij nog niet duidelijk.”
Ziekenhuizen zijn zelf verantwoordelijk voor het regelmatig laten testen van hun noodstroomvoorzieningen, zegt de woordvoerster van de Inspectie voor de Gezondheidszorg. „Ons bereiken geen signalen dat daar van alles aan mankeert.”
Ziekenhuis De Gelderse Vallei in Ede test zijn noodaggregaat één keer per week, zegt hoofd communicatie J. Erasmus. „We laten het apparaat gewoon een deel van de stroomvoorziening overnemen, dus niemand merkt er verder iets van.”
Bij een stroomstoring valt de elektriciteit slechts een paar seconden weg. Dan neemt het aggregaat eerst de stroomvoorziening van de operatiekamers en de afdeling intensieve zorg over en daarna stap voor stap de overige afdelingen. De capaciteit van de machine, die op een dieselmotor loopt, is voldoende om het ziekenhuis geruime tijd draaiend te houden, zegt Erasmus.