Het bedrijf met 288 tanks voor de opslag van de meest gevaarlijke stoffen, handelde volgens de officier jarenlang in strijd met de veiligheids- en vergunningsvoorschriften. Bovendien deed Odfjell weinig om zware ongevallen te voorkomen. Naast de forse boete van 3 miljoen euro eiste de aanklager dat het bedrijf een jaar wordt stilgelegd als het de zaak niet aanpakt.

Directeur Theo Olijve zei geschrokken te zijn van de eis, temeer omdat het bedrijf voor de zoveelste keer beterschap belooft. Hoe hij dat wil laten zien - Olijve is nog maar enkele maanden in dienst - is voor hem moeilijk aan te geven. „Ik heb het volledige mandaat van het hoofdkantoor om te doen wat nodig is om het bedrijf weer in goede staat te krijgen”, aldus Olijve.

Odfjell was bezig met onmaatschappelijk ondernemen, stelde de officier. „Het stelde geld verdienen boven het milieu en de veiligheid van werknemers en omwonenden.” De overschrijdingen bij gasontsnappingen waren soms zo hoog dat het metertje er bijna van uit zijn kastje schoot. Sinds de start van Odfjell heeft het bedrijf in totaal bijna 400.000 euro aan boetes betaald. „En telkens beloofde het beterschap.”

Olijve verklaarde zich te schamen, na afloop van het requisitoir. Hij hield tijdens de rechtszaak een vurig pleidooi over een betere toekomst; hij wil het bedrijf weer laten meedraaien in de top van Europese opslagterminals door het te veranderen in een meer computergestuurde onderneming. Daarom kan hij niet uitsluiten dat er nog een reorganisatie komt. Nu werken er rond de 250 mensen bij Odfjell.

Technisch zou het bedrijf failliet zijn. Iedere maand stort het moederbedrijf in Noorwegen geld om te kunnen overleven. Er is sinds de stillegging in juli vorig jaar 62 miljoen euro in het bedrijf geïnvesteerd.