Weekers’ oorspronkelijke plan zou betekenen dat grootverbruikers zoals bijvoorbeeld Tata Steel (het vroegere Hoogovens) miljoenen euro’s waterbelasting zouden gaan betalen. Dat ging de Kamer te ver, maar Weekers’ tweede voorstel, met een plafond bij een verbruik van 100.000 kuub water, kreeg evenmin de goedkeuring van de Kamer.

Hij stelt nu drie varianten voor waarbij de opbrengst voor de begroting (205 miljoen euro) gehaald wordt en grootverbruikers toch enigszins worden ontzien, zonder dat de klappen nu ineens vallen bij het midden- en kleinbedrijf. De prikkel om zuiniger met water om te gaan, voor gewone huishoudens maar ook voor grote bedrijven, blijft overeind.

Weekers heeft een favoriet onder de drie varianten. Daarin betaalt een gemiddeld huishouden bijna 30 euro waterbelasting per jaar, een mkb-onderneming of een agrarisch bedrijf ruim 1200 euro en de belasting voor echte grootverbruikers kan oplopen tot 1,2 miljoen euro. Deze bedrijven, vooral in de voedingsmiddelenindustrie en in de chemische en metaalverwerkende industrieën gebruiken dan ook tientallen miljoenen kubieke meters water per jaar.

De Tweede Kamer debatteert komende dinsdag en woensdag nog met Weekers over diens Belastingplan, waar de leidingwaterbelasting deel van uitmaakt.