Kerk & religie

Uit liefde

Johannes 3:16

29 October 2013 08:04Gewijzigd op 15 November 2020 06:40

„Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe.”

Deze God, Die oneindig en onuitsprekelijk is, geeft op een wijze die ook gans buitengewoon is. Want Hij geeft niet als loon of om verdienste of uit billijkheid, maar gelijk de woorden luiden: uit liefde. Hij is een Gever Die van harte, uit grondeloze, Goddelijke liefde geeft. Gelijk Christus zegt: God heeft de wereld liefgehad. Nu is er onder alle deugden niets groter dan de liefde. Wat men liefheeft, daarvoor heeft men lijf en leven over en daarvoor stelt men gaarne en gewillig alles in de waagschaal. Geduld, kuisheid, matigheid et cetera zijn ook kostelijke deugden, maar zij zijn in vergelijking met de liefde gering. Deze sluit alle andere deugden in zich en heeft ze in haar gevolg. Wie vroom en rechtvaardig is, doet niemand onrecht en geeft eenieder wat hem toekomt. Maar waar de liefde is, daar geeft de mens zichzelf geheel en al. Daar is hij bereid en gewillig tot al hetgeen waarin men hem nodig heeft.

De Heere onze God geeft ons niet uit geduld, of omwille van verdienste of recht, maar uit kracht van de hoogste deugd: de liefde. Nu moest in ons eigenlijk het hart opspringen van vreugde en moest alle treurigheid verdwijnen, als wij ons zulk een onpeilbare liefde van het Goddelijk hart voor ogen stellen en van harte geloven dat God de hoogste en grootste Gever is.

Maarten Luther,
reformator te Wittenberg

(”Preek over Gods liefde in 
Christus”, 1538)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer