Smits, organist van de Tuindorpkerk in Utrecht en cantor-organist van De Rank in Nieuwegein-Zuid, koos twee orgels om het repertoire van Walther op te vertolken: het Bachorgel dat Verschueren Orgelbouw in 2007 in de Grote Kerk in Dordrecht bouwde en het Bätzorgel van de evangelisch-lutherse kerk in Den Haag.

Walther (1684-1748) was een tijdgenoot en neef van Johann Sebastian Bach en werkte vanaf 1707 in Weimar. Hij schreef voor orgel koraalbewerkingen en transcripties van orkestwerken van Italiaanse en Duitse componisten. Daarnaast componeerde hij ongeveer negentig vocale werken, waarvan er veel verloren zijn gegaan. Verder werd hij bekend door het boek ”Musicalisches Lexicon” uit 1732, de eerste muziekencyclopedie in het Duitse taalgebied.

Van de (Italiaanse) concerten die Walther voor orgel bewerkte klinken er op deze cd’s zes: die van Vivaldi, Taglietti, Telemann, Blamont, Torelli en Albinoni. Daarnaast speelt Smits zestien koraalbewerkingen.

„De compositiestijl van Walther is in zijn koraalbewerkingen het best te vergelijken met die van Pachelbel”, schrijft Smits in het cd-booklet. „Johann Mattheson (…) noemde Walther de tweede Pachelbel. De partita ”Jesu, meine Freude” is tegenwoordig waarschijnlijk het meest bekende werk van Walther, maar ook de andere koraalbewerkingen zijn zeker de moeite waard en geven een goed beeld van de kerkmuzikale praktijk aan het begin van de 18e eeuw”, aldus Smits.

Johann Gottfried Walther – Willeke Smits; WSR (201301); 2-cd; € 22,50; www.willekesmits.nl