Nederlandse boer gaat Berlijn opschudden
BERLIJN. Vier jaar geleden haalde Kees de Vries de Bondsdag net niet. De 58-jarige boer van Nederlandse afkomst uit Deetz, Saksen-Anhalt, is nu echter direct gekozen voor de CDU. „Ik heb veel om voor te danken.”
Kees de Vries, Nederlandser wordt een naam niet. Juist hij mag voor de CDU, de partij van bondskanselier Angela Merkel, de Bondsdag in. Vier jaar geleden moest hij het net afleggen tegen een kandidaat van Die Linke. Nu haalde hij met 41 procent een ”Direktmandat”, wat betekent dat hij direct de Bondsdag in kan, waar hij zijn kiesdistrict Anhalt vertegenwoordigt.
Het was maar goed ook dat De Vries in 2009 niet genoeg stemmen haalde, vertelt hij. „Kort na de verkiezingen werd mijn vrouw ernstig ziek, en mijn zoon was nog te jong om het boerenbedrijf over te nemen. Had ik toen in de Bondsdag gezeten, dan had ik terug moeten keren om voor mijn vrouw te zorgen.”
Met Kees de Vries is de Bondsdag misschien geen typische, maar wel een echte allochtoon rijker. De veehouder en akkerbouwer komt uit een rooms-katholiek gezin in West-Friesland met twaalf kinderen. Dan kunnen niet alle broers de boerderij overnemen. „Mijn ouders zeiden tegen mij: Ga maar studeren. Jij wordt toch geen boer.”
Maar boer werd hij wel. In Saksen-Anhalt heeft hij samen met zijn zwager Gerard van Ginkel een veebedrijf met 900 melkkoeien en 1500 hectare akkerbouw. Enorm, voor Nederlandse begrippen, zeker ook voor een boerenzoon voor wie er in Nederland geen plaats was.
Het was 1992, kort na de Wende, toen De Vries met zijn broers naar Duitsland ging kijken. „We kwamen in het ‘wilde oosten’ terecht. Het was pionieren, er waren geen regels. En als het regende, deed de telefoon het vier dagen niet. Saksen-Anhalt is nu het modernste landbouwgebied van Europa.”
Die moderne landbouw heeft ook zijn schaduwzijden, vindt De Vries. „Ik heb weleens moeite met die schaalvergroting. Vanuit mijn levensbeschouwing zie ik dat daar grenzen aan zitten.” Toch wil hij in de Bondsdag liever niet bekendstaan als een woordvoerder van de boeren. „Natuurlijk neem ik mijn kennis mee, maar ik heb andere speerpunten.”
De Vries wil Berlijn opschudden met wat onplezierige waarheden. „Te veel ongerechtigheden worden met de mantel der liefde bedekt. Het huishoudboekje moet op orde, we moeten minder schulden maken. We leven nu boven onze stand, en dat schuiven we door naar onze kleinkinderen. Dat kan echt niet.”
Andere thema’s voor De Vries zijn milieu, energievoorziening en verkeer. „Te vaak regeren de emoties, en te weinig de feiten.” Ook levensbeschouwelijke onderwerpen gaat de ondernemer niet uit de weg, het homohuwelijk bijvoorbeeld, waar zijn partij, de CDU, tegen is. „Ik heb niets tegen homo’s, ik ken hen uit de eigen familiekring. Van mij mogen homo’s een akte tekenen van liefde en trouw, noem het trouwen. Maar een homopaar is niet hetzelfde als een getrouwde man en vrouw. Ze zorgen niet voor nageslacht.”
De agrarische ondernemer ondervindt in zijn politieke carrière weinig hinder van het feit dat hij een buitenlander is. „Ze vinden mijn accent grappig en soms kijk ik er met een frisse Nederlandse blik tegen aan. Maar tegelijkertijd: zo Hollands ben ik inmiddels niet meer. Ik heb een Duits paspoort en mijn kinderen zijn hier opgegroeid. Wat weet ik nog van Nederland?”
Een gelukskind, zo noemt De Vries zichzelf. „Ik heb altijd steun van boven gekregen.”