Veel meer treinen tussen Nederland en België
DEN HAAG (ANP). Het aantal treinen dat dagelijks rijdt tussen Nederland en België gaat fors omhoog. Reizigers kunnen kiezen tussen hogesnelheidstreinen, intercity’s en stoptreinen. Het kabinet heeft vrijdag ingestemd met dit alternatief dat NS biedt voor de mislukte Fyrahogesnelheidstrein naar Brussel.
De NS behoudt daarmee het recht (de concessie) om de hogesnelheidslijn uit te baten. NS gaat nauwer samenwerken met Thalys en Eurostar. Tussen Amsterdam, Brussel, Parijs, Lille en Londen gaan hogesnelheidstreinen rijden.
Verder komt de oude Beneluxtrein definitief terug, zodat ook Den Haag en Breda een rechtstreekse treinverbinding hebben met Brussel. Die trein gaat vanaf 7 oktober tien keer per dag rijden vanaf Den Haag naar Brussel en rijdt eind 2014 zestien keer per dag vanuit Amsterdam naar Brussel.
Staatsscretaris Wilma Mansveld zei in een persconferentie dat er minder hogesnelheidstreinen gaan rijden dan de bedoeling was met de Fyra, maar dat de reiziger wel veel meer keus krijgt. Die kan kiezen voor een snelle of minder snelle trein, daarmee gepaard gaand met een hoger of lager tarief en wel of geen reserveringsplicht. „Meer keuze in treinen en tarieven, meer verbindingen en meer internationale bestemmingen.”
De hogesnelheidslijn V250 van Fyra-bouwer AnsaldoBreda bleek begin in januari niet veilig en zowel de NS als de Belgische vervoerder NMBS zetten de trein aan de kant. In juni besloten ze er helemaal mee te stoppen. NS moest vervolgens wel een volwaardig alternatief bieden, anders zou het de concessie kunnen verliezen.
Het kabinet concludeert nu op voorstel van staatssecretaris Wilma Mansveld (Infrastructuur en Milieu) en minister Jeroen Dijsselbloem (Financiën) dat het NS-voorstel voldoet aan de eisen van het kabinet en dat er sprake is van een „acceptabele oplossing”.
De financiële gevolgen van de nieuwe oplossing komt neer op een vermogensverlies voor NS en een verlies aan dividend voor het rijk. Dit laatste bedrag komt voor rekening van het ministerie van Infrastructuur en Milieu.